Medewerkers aan dit nummer
w.j. aerts (1926) is hoogleraar Middel- en Nieuwgriekse taal- en letterkunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Proefschrift en diverse publikaties op het gebied van de Middel- en Nieuwgriekse taalkunde en dialectologie, en enkele vertalingen uit de Middelgriekse literatuur en van Ritsos.
jacobus bos (1943). Diverse prozapublikaties. Publiceerde gedichten in De Gids, Hard Werken, New Found Land en De Revisor.
josé boyens is als neerlandicus werkzaam aan een lerarenopleiding. Als kunsthistoricus publiceerde zij in 1982 Oscar Jespers, zijn beeldhouwwerk met een overzicht van de tekeningen, een bewerking van haar proefschrift met een volledige, geïllustreerde oeuvre-catalogus van de beeldhouwwerken. In mei 1986 zal van haar verschijnen De druppel holt de steen uit, een boek over elf Nederlandse beeldhouwers die uitsluitend in steen werken.
rudolf m. dekker (1951) is verbonden aan de subfaculteit Maatschappijgeschiedenis i.o. van de Erasmus Universiteit, Rotterdam. Hij schreef een dissertatie over oproeren in Holland in de zeventiende en achttiende eeuw, en met Lotte van der Pol Daar was laatst een meisje loos, een boek over de traditie van vrouwelijke travestie in Nederland in de zeventiende en achttiende eeuw, waarvan dit jaar een Engelse bewerking zal verschijnen. Hij publiceerde verder over egodocumenten, vervalsingen, verenigingsleven en arbeiderscultuur, onder meer in De Gids.
hero hokwerda (1949) is wetenschappelijk medewerker Nieuwgriekse taal- en letterkunde aan de Rijksuniversiteit Groningen en vertaler. Bereidt een proefschrift voor over het werk van Dimitris Chatzis, van wie hij ook twee boeken in het Nederlands vertaalde. Publiceerde verder over Karyotakis en trad als gastredacteur op van het tweede Griekse nummer (lente 1985) van De Tweede Ronde. In het Grieks vertaalde hij het verhaal De heer Mellenberg van J.M.A. Biesheuvel en enkele delen van De avonturen van Pietje Prik.
marietta ioannidou (1949) is wetenschappelijk medewerker Nieuwgriekse taal- en letterkunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Bereidt een proefschrift voor over de Griekse vrouwelijke literatuur, waarover zij in Griekenland ook reeds publiceerde. Vertaalde een verhaal van Kees van Kooten in het Grieks en enkele delen van De avonturen van Pietje Prik.
jan klees (1948) is afgestudeerd aan de Rijksuniversiteit Groningen met dubbel hoofdvak Russische en Middel-/Nieuwgriekse taal- en letterkunde. Werkt als vertaler in Luxemburg voor het Europees Parlement.
wiel kusters (1947). Redacteur van De Gids. Meest recente publikatie: De killer. Over poëzie en poetica van Gerrit Kouwenaar (dissertatie, 1986).
mario molegraaf (1960) vertaalde Kavafis en Sikelianos.
ben de pater (1955) is als sociaal-geograaf verbonden aan het Geografisch Instituut van de Rijksuniversiteit Groningen.
andriëtte stathi-schoorel (1949) promoveerde in 1984 op Bolivar, je bent zo mooi als een Griek! - Een onderzoek naar het vroege werk van enige surrealistische dichters in Griekenland. Maakt interviews voor brt-3 radio met Griekse auteurs en werkte mee aan het nummer dat het Griekse blad Diavazo in 1983 aan Nederlandse literatuur wijdde.
hans warren (1921) publiceert dit voorjaar onder meer het deel over Griekenland in de Bibliotheek voor de literaire reiziger en samen met Mario Molegraaf een bundel opstellen over K.P. Kavafis. Vertaalde Kavafis en Sikelianos.
m.a. wes (1939). Vanaf 1976 hoogleraar oude geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen. Publikaties: De wereld van de oudheid (met anderen, 1978), Verslagen verleden. Over geschiedenis en oudheid (1981).
b. zwaal (1944) is werkzaam bij bewegingstheater bewth. Hij publiceerde in Raster, New Found Land en De Revisor. In 1984 verscheen bij Querido Fiere Miniature.