Mozart en Shakespeare
Op 13 oktober woonde Mozart in Salzburg een opvoering bij van Hamlet, in de bewerking van F.W.L. Schröder. Schikaneder, die later in Wenen triomfen zal behalen als Papageno, speelde de rol van Hamlet. Mozart was in deze maanden bezig met het schrijven van zijn opera Idomeneo, waarin hij op een ogenblik een plechtige stem uit de diepten laat spreken (Atto Terzo, nr. 23; in acht maten en veertien woorden spreekt de stem een godsoordeel uit). In een brief van 29 november 1780 aan zijn vader - aan wiens oordeel hij zijn gehele leven grote waarde bleef hechten - schreef hij: ‘Sagen Sie mir, finden Sie nicht daß die Rede von der unterirdischen Stimme zu lang ist? Überlegen Sie es recht. - Stellen Sie sich das Theater vor, die Stimme muß schreckbar sein - Sie muß eindringen - man muß glauben, es sei wirklich so - wie kann Sie das bewirken, wenn die Rede zu lang ist, durch welche Länge die Zuhöhrer immer mehr von dessen Nichtigkeit überzeugt werden? - Wäre im Hamlet die Rede des Geistes nicht so lang, sie würde noch von besserer Wirkung sein.’
Een merkwaardige opmerking, waarvan de aanleiding misschien wel in de regie van Schikaneder of de bewerking van Schröder kan gelegen hebben. Beide genieën, Mozart en Shakespeare, streefden naar een zelfde doel: een harmonische fusie tussen woord, casu quo zang en karakter. Mozart gaf aan zijn vrouwen, aan Suzanna, Donna Anna, Zerlina en Papagena diezelfde levendigheid en persoonlijkheid als Shakespeare aan Olivia, Viola, Rosalind en Katharina. Beiden werden aangetrokken door en gaven hun persoonlijke en trefzekere verwoording en verklanking aan het ‘ewig Weibliche’.
In Salzburg zag Mozart waarschijnlijk ook een Macbeth-opvoering. Tegen het einde van zijn leven schijnt hij nog met de gedachte gespeeld te hebben muziek te schrijven bij een bewerking van The tempest. Die had er zeker bij gepast!
van m.