| |
| |
| |
MacBeth. Historisch Treurspel van Shakspere. Oorspronkelijke uitgave. Ten gebruike der Gymnasia met ophelderingen voorzien door S. Susan, Lector in de nieuwere Talen en Letterkunde aan het Athenaeum te Deventer. Deventer, J. de Lange, 1843.
Menigen lezer zal het een raadsel zijn, wat op den titel van dit werkje de woorden oorspronkelijke uitgave beteekenen. Waarschijnlijk, wilde de Heer susan te kennen geven, dat hij de eerste folio-editie van shakspere's werken, in 1623, door heminge en condell, twee vrienden des dichters, bezorgd, in den hier gegeven' tekst gevolgd, en de vaak willekeurige en noodelooze verbeteringen der latere uitgevers daaruit verwijderd heeft. Evenwel is ook dus de benaming oorspronkelijke uitgave niet te regtvaardigen, maar te minder, daar de Heer susan ook de latere folio's (van 1632, 1664 en 1687) heeft geraadpleegd, en enkele varianten daaruit in zijnen tekst heeft opgenomen.
Wij hebben weinig aanmerking op den door den Heer S. gegeven' tekst. Wij gelooven dat hij teregt het voorbeeld van tieck en van charles knight in zijne Pictorial edition gevolgd heeft; wij gelooven dat het oordeel van tooke, hier (een weinig zonderling) als motto gegeven: ‘The first folio, in my opinion, is the only edition worth regarding,’ schoon een weinig overdreven, niet ongegrond is; wij gelooven dat te regt vele (quasi-verbeteringen hare plaats weder aan de lezingen der eerste uitgave hebben ingeruimd. Men zal evenwel den uitgeveren, aan wie deze verbeteringen haar aanzijn verschuldigd zijn, het regt moeten laten wedervaren van te erkennen, dat de oorspronkelijke lezingen, waarvoor zij iets beters trachtten te geven, niet altijd verstaanbaar waren, en dat het ook aan den Heer S. niet altijd gelukt is voldoende verklaringen daarvan te geven. Indien men, b.v., op bl. 62, regel 12, de verbetering deserve voor ‘discern’ in de plaats stelt, wordt de zin, mijns inziens, volkomen duidelijk, terwijl hij, naar de lezing der folio-uitgave, in weerwil der door den Heer S. gegevenê verklaring, mij duister blijft. Malcolm vermoedt verraad van den kant van macduff, en vreest dat hij een zendeling van macbeth is, die zich met booze bedoelingen bij hem tracht in te dringen. ‘I am young,’ zegt hij, ‘but something You may deserve of him thrnugh me.’ Wat kan duidelijker zijn dan
| |
| |
deze zin, indien wij den nadruk slechts op something laten vallen, en dus vertalen: Wel ben ik jong, maar eenigermate toch kunt gij u, door mij te dooden, bij hem verdienstelijk maken. En hoe juist volgt daarop: ‘and wisdom To offer up a weak, poor innocent lamb, To appease an angry God.’ De Heer S. verklaart de vertaling: ‘omdat ik jong ben, kuut gij u bij macbeth door mijn' dood verdienstelijk maken’ te regt voor onzin; maar wij moeten verklaren, niet te begrijpen, hoe iemand, die de Engelsche taal magtig is, op den inval zou kunnen komen, om dus te vertalen. De lezing ‘discern’ behoudende, vertaalt de Hr. susan: ‘omdat ik jong, onervaren ben, zoo schikt gij u in uw oordeel over M. naar mijne denkbeelden.’ Wij begrijpen noch, hoe dit in de woorden kan liggen, noch hoe het in het verband voegt. Wij willen hiermede de mogelijkheid niet ontkennen, dat ‘discern’ van shakspere's hand is, en de ware verklaring slechts nog niet is gevonden; maar, in eene schooluitgave althans, zouden wij weinig zwarigheid gemaakt hebben de verbetering deserve op te nemen.
Even weinig behaagt ons, wat, op bl. 46, door den Hr. S. tot verdediging der lezing ‘inhabit’ gezegd is. Zelfs is zijne bedoeling naauwelijks duidelijk, doordien de laatste zin in zijne aanteekening, waarschijnlijk ten gevolge van het uitvallen van eenige woorden, onvolledig is. De variant ‘in habit’ komt ons onuitstaanbaar voor, wijl in de woorden: ‘if trembling I in habit then,’ op deze wijze duidelijk een werkwoord ontbreekt, en de vertaling: ‘zoo ik dan in mijn gedrag beef,’ onmogelijk te regtvaardigen zijn zou. Mij komt het aannemelijk voor, dat shakspere inhibit bedoeld heeft, in den neutralen zin van zich inhouden, zich terugtrekken, zoodat de zin is: ‘indien ik mij dan bevende terugtrek,’ ofschoon ik gaarne wil toegeven, dat hij ‘inhibit’ zal hebben geschreven, ten gevolge eener meermalen voorkomende verwarring in de spelling van in de uitspraak gelijk-, of althans bijna gelijkluidende woorden. Het is waar, dat inhibit in dezen neutralen zin elders niet schijnt voor te komen; maar in de Engelsche taal is de overgang van active tot neutrale beteekenis in de werkwoorden een zoo gewoon verschijnsel, dat daarin, mijns inziens, geringe zwarigheid is gelegen.
Op bl. 48, reg. 14, zouden wij, in weêrwil van het gezag der folio-editie in deed boven ‘indeed’ hebben verkozen; op bl. 60, regel 39, houden wij de weglating van het punt achter little ones in de eerste uitgave, voor niets anders dan eene
| |
| |
drukfout, en vinden de verklaring van den Hr. S. weinig natuurlijk. Misschien zouden wij nog op een paar plaatsen van hem verschillen; in het algemeen echter heeft hij, meenen wij, met smaak en oordeel de lezingen der oorspronkelijke uitgave verdedigd.
Op bl. 30, reg. 29 en volgende, lezen wij:
donalbain.
What is amiss?
macbeth.
You are, and do not know 't
The spring, the head: the fountain of your blood
Is stopp'd; the very source of it is stopp'd
De hier door den Hr. S. gegevene interpunctie zal toch wel niet op het gezag der folio-uitgave berusten? Wij houden ze voor eene drukfout; in allen gevalle is zij onverstaanbaar. Het is duidelijk, dat men dus moet lezen:
donalbain.
What is amiss?
macbeth.
You are (nam. amiss) and do not know 't.
The spring, the head, the fountain of your blood
Is stopp'd; thee very source of it is stopp'd.
Eenige andere drukfouten, van minder aanbelang echter, ontsieren den tekst, en kunnen den leerlingen eenige moeijelijkheid baren; doch het wordt tijd, dat wij iets van de ophelderingen zeggen.
De Heer S. verdeelt, bij elk tooneel, zijne aanteekeningen in drie soorten, in taalkundige, geschiedkundige en plaatselijke ophelderingen. Wij zien het nut dezer splitsing niet in, die, had zij juist en volledig willen zijn, verder had moeten gaan. Onder de taalkundige ophelderingen zijn ook die noten begrepen, welke de tekstkritiek betreffen, zeker niet altijd op het gebied der taalkunde behooren. Onder de geschiedkundige ophelderingen vinden wij aesthetische beschouwingen over de door shakespere ten tooneele gevoerde karakters, die toch niet alle tot de geschiedenis behooren, of uitsluitend naar de historische traditie zijn voorgesteld, met meer regtstreeks historische aanteekeningen vermengd. Op bl. 78 vinden wij daarentegen eene zoodanige aesthetische opmerking weder onder de taalkundige ophelderingen geplaatst. Onder de benaming plaatselijke ophelderingen bevat de Hr. S. evenzeer twee zeer ongelijksoortige zaken. Gedeeltelijk betreffen zij de overleveringen
| |
| |
aangaande de lokaliteit, waar, in de werkelijke geschiedenis, de door shakspere ten tooneele gevoerde feiten hebben plaats gehad; gedeeltelijk de mise en scène. Bovendien maakt deze splitsing het gebruik der noten noodeloos lastig, en doet ze bij het lezen over het hoofd zien, door ze in eene andere orde te brengen, dan waarin de opgehelderde zaken zich bij het lezen voordoen, en door vele ophelderingen te ver te verwijderen van de plaats in den tekst, waarbij zij behooren.
Nog tot menigerlei anderen opmerkingen zoude deze ophelderingen aanleiding kunnen geven. Wij bepalen ons tot het navolgende. Bl. 6, reg. 4 v.o., is leedvermaak in de vertaling van tieck's woorden (waarschijnlijk voor Schadenfreude) naauwelijks verstaanbaar; maar nog erger is verwierde. Eer dit woord tot verklaring van weird sisters dienen kon, had het zelf voor Nederlandsche lezers wel eene opheldering noodig gehad. Op bl. 22, reg. 5 v.o., zal men voor ‘verdediging’ wel verbetering moeten lezen. Op bl. 22, reg. 5 v.o., is de verklaring der woorden: ‘Being unprepar'd - wrought’ onvolledig, en niet volkomen duidelijk. Servant en free staan tegen elkander over. De zin is: doordien wij niet op zijne ontvangst waren voorbereid, werd onze wil dienstbaar aan het gebrekkige; ware de rede hiervan weggenomen, dan had de wil vrij kunnen werken, d.i. de goede gezindheid had zich vollediger kunnen toonen. Zeer hebben wij ons verwonderd over de aanteekening op bl. 26, reg. 12 v.o.: ‘nares, Gloss., haalt verscheidene voorbeelden aan van to gild with blood, hoewel er overigens geene overeenkomst tusschen de kleur van het goud en van het bloed te vinden is. Anderen zoeken hier eene woordspeling van gild en guilt.’ Shakspere gebruikt meermalen gold en to gild van bloed, en de Hr. S. had op bl. 31, reg. 8, reeds een gepast voorbeeld tot opheldering kunnen vinden:
Here lay Duncan
His silver skin lac'd with his golden blood.
De overeenkomst, die men tusschen goud en bloed vond, is zonder twijfel in den gloed van beide gelegen. Bovendien kan men veilig aannemen, dat de zucht naar woordspelingen shakspere op de keuze van het woord to gild zal gebragt hebben. De Hr. S. had de meening, dat hier eene woordspeling te vinden is, niet aan de verklaring van nares moeten overstellen; beide laten zich zeer wel vereenigen. Bl. 40, reg. 7 v.o., is het woord ‘epigram’ voor woordspeling misplaatst, en even- | |
| |
zoo bl. 60, reg. 6 v.o., ‘pleonasmus’ voor tautologie. Bl. 43, r. 5 v.o., worden de woorden: ‘'t Is better thee without, than he within’ dus verklaard: ‘het is beter, dat banquo's bloed op u zitte, dan in zijn ligchaam.’ Men zou dan moeten aannemen, dat ‘thee withouth’ stond voor without thee. Maar hoe dan met ‘he within?’ Duidelijk is het dat daarvoor ‘him within’ zou moeten gelezen worden, om de verklaring van den Hr. S. te kunnen verdedigen. Wij bekennen echter gaarne dat de eenvoudige vertaling dezer woorden: ‘het is beter u aan de deur, dan hem in de zaal te hebben,’ in het verband, waarin zij voorkomen, niet geheel voldoet. Bl. 68, reg. 4 v.o., zegt de Hr. S. op de woorden gentle heavens: ‘dit meervoud is in strijd met het volgende thou, wanneer men het niet op het volgende heaven forgive laat slaan.’ Dit laatste is zeker niet wel mogelijk; maar de enallage numeri behoeft ons volstrekt niet te verwonderen, daar nu eens heaven, dan weder heavens, gezegd wordt, en het gebruik van enkel- of meervoud geen verschil van beteekenis met zich brengt.
Doch wij besluiten hier onze aanmerkingen. De Hr. S. beschouwe ze als een bewijs van onze belangstelling in zijnen arbeid, die ons nuttig, en, over het geheel, zeer welgeslaagd voorkomt. Shakspere te verklaren, is zulk eene gemakkelijke taak niet, dat men het aan zijne interpretes niet zou kunnen vergeven, wanneer zij nu en dan mistasten. Wij hopen dat op de gymnasia van deze uitgave van den Macbeth veel gebruik zal worden gemaakt, en de Hr. susan ook daardoor zal worden aangemoedigd, om op den ingeslagen' weg voort te gaan, en door geschikte uitgaven van de meesterstukken der nieuwere letterkunde den grondslag voor een verbeterd onderwijs in de nieuwere talen verder te helpen leggen. Mogt de tijd spoedig daar zijn, waarop alle vooroordeel tegen het onderwijs in nieuwere talen en literatuur aan de gymnasia zal verdwenen zijn; waarop men zal inzien, dat de nieuwe talen niet slechts geleerd worden, om ze te spreken, of er in te corresponderen, maar, dat ook aan de meesterstukken der nieuwere letterkunde eenige invloed op de vorming van den smaak toekomt; dat de moderne talen niet slechts nuttig zijn voor den koopman, maar ook noodzakelijk voor den geleerde; dat eene methode van onderwijs daarin mogelijk is, die, niet in te voeren op de lagere scholen, alleen op de gymnasia te huis behoort, en echter in onzen tijd voor velen als een vereischte te beschouwen is; dat, in één woord, het onderwijs der nieuwere talen en der
| |
| |
nieuwere letterkunde niet lager staat, dan dat in Grieksch of Latijn, mits het in wat rijpere jeugd, die voor dieper indringen vatbaar is, naar dezelfde beginselen en methode worde onderwezen; en dus, terwijl het aan de eene zijde voor elken toekomenden geleerde een volstrekt vereischte is, aan den anderen kant slechts door onkunde en vooroordeel als beneden de waardigheid van het gymnasium kan worden geminacht.
p.j. veth.
|
|