Dan de terzetten. Het is niet zo erg dat daarin drie rijmuitgangen worden gebruikt in plaats van twee, want dat is tenslotte de officiële regel. Laten we het dus maar eens proberen met de rijmwoorden die al goed waren bevonden: schieten/mythe, wel/forel. Na een paar minuten rekenen (dit is zwaar werk!) komt Tovertaal met de volgende oplossing:
Ik kan die reuzenvogel onderhand wel schieten
Hij mag zich dan heel wat verbeelden door zijn mythe
Maar z'n manieren zijn behoorlijk ondermaats
Wat denkt dat beest met zijn perverse hobby wel?
Mijn lever ziet er toch niet uit als een forel
Voor luie vorsten heeft de Kaukasus geen plaats
Ik weet niet hoe het u vergaat, maar zelf voel ik er veel voor om dit letterlijk zo te gebruiken. Alle bezwaren van de vorige versie zijn weggenomen, en eigenlijk blijft er maar één klein smetje over, dat weer zal moeten worden opgepoetst met een noot: ‘roi fainéant’ in de laatste regel betekent niet alleen ‘luie koning’, het is ook een vaste term die wordt gebruikt voor de laatste Merovingers en als zodanig doorgaans wordt vertaald met ‘vadsige koningen’ - wat hier niet in de versregel past. Jammer maar helaas.
De conclusie moge duidelijk zijn: mijn scepsis was onterecht, Tovertaal heeft zijn naam opnieuw eer aangedaan. Eigenlijk heb ik in alle tijd (ongeveer een jaar) dat ik er nu mee werk geen enkel onderdeel ontdekt waarop het programma niet even goed of beter presteert dan een vertaler van vlees en bloed. Overigens betekent dat zeker niet, zoals een uitgever (van wie ik me de naam niet wens te herinneren) onlangs triomfantlijk meende te mogen concluderen, dat uitgeverijen binnenkort al het vertaalwerk binnenshuis kunnen laten doen, met hooguit een kleine opknapbeurt achteraf door een menselijke vertaler. Het bepalen van de juiste vertaalstrategie, zowel op macro- als op microniveau, is en blijft mensenwerk: dat zal een machine nooit kunnen, en een stagiair met een computer dus ook niet - tenzij hij beschikt over voldoende tijd en vertaalinzicht, een combinatie die op die plek vrij onwaarschijnlijk lijkt. Tovertaal is een programma dat alleen met een goede vertaler achter de knoppen een goede vertaling kan maken, het is dus niet zomaar een aardig speeltje voor computerfreaks, zoals Nelleke van Maaren veronderstelt in het laatste Lira bulletin. Vergelijk het nog maar eens met een schip: om goed te kunnen varen is stuurmanskunst (in dit geval literair inzicht en stijlgevoel) noodzakelijk en kennis van de techniek (de manier waarop het programma werkt) hooguit mooi meegenomen. Joannes Fortman heeft dat in zijn poëtische beschouwing ‘Groot nieuws voor de dichters’ heel goed begrepen: ‘Gy, nooitvolprezen kunst, uit godlyk zaad geteelt, / Die met uw Tovertaal de vlugge zinnen streelt!’ (Dichtlievende mengelingen, p. 134).