Hamlet als voorbeeld/hanscroiset
Wat is Shakespeare's Hamlet voor een stuk? Wat moeten we aan met de meest becommentarieerde dramatische tekst uit de hele toneellitteratuur? En is het eigenlijk wel nodig, om aan een stuk, waarover aldoor opnieuw meningen worden gepublceerd, weer spitsvondigheden toe te voegen? Heeft het jaar 1976 bepaalde kenmerken, die Ham let op ons repertoire rechtvaardigen? Mogelijk. Maar sinds Shakespeare zijn stuk schreef, is er geen jaar voorbijgegaan, waarin niet ergens op de wereld toneelmakers redenen vonden, om het juist dan te spelen. Inderdaad lijkt dit werk zich door zijn grote adem en dampkring als een draaiboek te voegen naar ieder tijdsgewricht.
Wij brengen het stuk op een tijdstip, dat we ons, in elk geval in Nederland, (nog) mogen verheugen in een betrekkelijk grote vrijheid, om te leven, te denken en te zeggen wat we willen. In een tijd, waarin het niemand kan ontgaan dat die vrijheid om ons heen in toenemende mate wordt ondergraven, onderdrukt en ontkend. In een periode ook, waarin we ons meer en meer dienen te realiseren dat die onderdrukking en ontkenning van vrijheid ook onze levenssfeer snel begint aan te tasten.
Spelen we daarom Hamlet? Alle middelen, waarmee het toneel het besef van vrijheid en onvrijheid, waarheid en leugen temidden van de schouwburgbezoekende bevolking kan blijven aktiveren, moeten met de kracht van onze - in dit geval Shakespeare's - woorden worden aangewend. Inderdaad is Hamlet een stuk dat bol staat van corruptie, spionage, bedrog, vals gedrag, impulsief stom gedrag, onvolwassen handelen, moord, hinderlagen, hovaardij, hysterie en lafheid.
Als zodanig is het stuk een onmiskenbare revengers - tragedy een tragedie van wraak en wrekers - zoals er in Shakespeare's dagen honderden geschreven zijn. De geldigheid van het stuk voor onze tijd kan moeilijk alleen maar uit de ingrediënten van de revengers-tragedy worden aangetoond. Die geldigheid zou bepaald moeten worden door de kracht en de noodzaak die er uit oprijzen om de ingesleten, mechanische houdingen en handelingen, die thuis horen in de wereld van wraak en vergelding, te veranderen. En bevat Hamlet zulk materiaal? Wij willen iets duidelijk proberen te maken over de wegen die de geest uit vrijheidsdrang soms moet gaan. We willen een verhaal vertellen waarin gezocht wordt naar rechtvaardigheid, met alle middelen die een mens in nood ter beschikking staan. Een verhaal over voortdurend zelfonderzoek, over de noodzaak daartoe.
Een verhaal waaruit de conclusie getrokken moet worden, dat stilstaan bij verworvenheden van welke aard ook, voornamelijk de nutteloosheid van dit aardse bestaan onderstreept. Een verhaal over vernieuwing; niet bedoeld als het toverwoord, waarmee oude waarden zouden kunnen worden opgefrist; nee, vernieuwing als een permanente levenshouding. Maar hoe men een instelling ten opzichte van het stuk ook probeert te verantwoorden, een blauwdruk voor een opvoering zal er nooit uit kunnen ontstaan; hooguit een vingerwijzing voor een aanpak. Bij de Voorbereiding van de repetitieperiode is overwogen of Hamlet een politiek stuk was. In het woordenboek vonden we voor het begrip politiek ‘het geheel van beginselen en regels, volgens welke een staat wordt geregeerd.’ Dat ‘geheel’ komt in Hamlet tot uitdrukking als een samenstel van hevig met elkaar botsende we reldbeelden, als een wrijvingsgebied tussen twee, met elkaar strijdige opvattingen over koningschap, geconcretiseerd in en toegespitst op de figuur Hamlet.
Hoe ziet die figuur er uit? Bij de vraag naar zijn leeftijd en (graad van) volwassenheid vonden we het volgende: hij is jong in de zin van bewegelijk, bevattelijk, ontvankelijk, en in die zin beschikt hij over een jeugd die je iedereen, ongeacht zijn leeftijd, zou toewensen. Hij is volwassen in die zin, dat hij kracht put uit het katalogiseren van zijn eigen zwakheden, en van daaruit handelt. Een belangrijker element dat hij uit zijn zelfonderzoek ontwikkelt, is de voorgewende waanzin; waanzin als middel om de waarheid aan het licht te brengen. Het feit dat Hamlet juist dât middel kiest, wijst op een zekere overgevoeligheid; en de soms ronduit kwajongensachtige manier waarop hij met zijn waanzin omspringt, wijst misschien op een zekere onrijpheid. Maar daarbij moeten we ons realiseren dat Hamlet door de geest van zijn vader wordt opgezadeld met een geheim en een opdracht van duizelingwekkende proporties, terwijl het leven om hem heen tijdens zijn optreden steeds meer betekenis verliest. De vrouw verliest haar integriteit, de wil zijn kracht, het leiderschap zijn objektiviteit. Hamlet moét zijn aandacht wel richten op de grensgebieden van rede en waanzin, van leven en dood.
Door wat hij aan het hof van Denemarken aantreft, moet hij in eerste instantie optreden als ‘grübler’, denker en onderzoeker; naarmate hij meer verrotting vindt, wordt zijn houding uitdagender; en als de kaarten eenmaal geschud zijn, wordt hij de aan-de-kaak-steller, de wreker. We zouden het stuk dus kunnen omschrijven als een intellectuele revengers-tragedy. Shakespeare verdiepte dit in zijn tijd zo bekende dramatische genre, door de figuur Hamlet op te voeren in de geschetste veelzijdigheid. Het beeld van de Hamlet-peinzer die het ook allemaal niet kan helpen en dus steeds verder van streek raakteen geliefde opvatting uit romantische tijden -beperkt de werkelijke portuur van deze figuur. Moeten we enige betekenis hechten aan het feit dat Hamlet een prins is? De kwasi-ideaalbeelden van vorstelijke personen zijn - of men nu naar de hedendaagse geschiedenis kijkt, of naar vroeger tijden - aan de diverse europese hoven inmiddels grondig vernietigd. Het spelen van een prinselijke figuur is niet essentieel voor de persoon van Hamlet. Er zijn aan hem, overigens zonder twijfel vorstelijke karaktertrekken op te merken, met name zijn behoefte aan de waarheid en zijn voorkeur voor het algemene belang. Die kwaliteiten zijn bepalend voor de plaats van Hamlet tegenover Claudius. En waar het om ‘algemeen belang’ gaat, kan misschien het begrip ‘politiek’ aan de orde komen. Intussen geeft het stuk ons de opdracht, twee brandende relaties van Hamlet met vrouwen duidelijk te maken; die met Gertrude