Amsterdams minne-beekje. Deel 2(1637)–Anoniem Amsterdams minne-beekje– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 101] [p. 101] Ballette Novo. GEloofde suchtjes, Niet langh de lucht Met gallen vruchtloos slaet, Maer de geruchtjes Snellijck ter vlucht, Carinel hooren laet, Vliet heen en melt Hoe mijn hert is beknelt. Door droeve prickjes, In slaefsche strickjes En hoe den brandt Mijn borst so fel aenrant. Dat ick ben sonder verstant. 2 So dat ick 's nachtjes Wen yeder leyt Door soete slaep gevelt, Vry van gedachtjes, Van sorgh en leyd, Dat daeghs de [m]enschen quelt, Legh en bedenck Mijn swacke sinnen krenck, Met veel onrusjes Om dat de lusjes Van 't soetste soet Ick so langh derven moet, 't Welck my duysent pynen doet. [pagina 102] [p. 102] 3 Ey spoeyt u pasjes En dwael, noch swerf Niet spoorloos elders heen, Maer bootschapt rasjes Als dat ick sterf Ten sy, zy mijn geween Geduldigh 't oor Verleenet tot gehoor, En graegh willetjes Hare grilletjes, Van stuurse sin Verandert in weermin, Om t off'ren Paphos goddin. Verandert in tijts. Vorige Volgende