Het oude Nederlandsche lied. Eerste vervolg: Souterliedekens
(1922)–Willem van Zuylen van Nyevelt– Auteursrecht onbekend
[pagina 236]
| |
133.
| |
[pagina 237]
| |
4.
Ay woustu dragen in dinen moet,
Mijn cruce, mijn wonden, mijn doot, mijn bloet,
Hoe soude mi vele te lichter wesen;
Haddijc dijn herte, ic waer genesen.
Van minnen binnic dus gewont &c
5.
Ay woustu mi dijn herte geven
Ic soude di int eweghe leven
- - - - - croenen
Gef mi dijn herte, nem mi te loen.
Van minnen binnic dus gewont &c
BRUSSELSCH HS. omstreeks 1460.
W.L. DE VREESE Tijdschrift XX 271.
Dit mooie mystieke lied is mij anders niet bekend; het verschijnt hier voor het eerst met de muziek, die er zoo goed bij past. |