Rebels en beminnelijk
(1978)–Belle van Zuylen– Auteursrechtelijk beschermdBrieven van Belle van Zuylen-madame de Charrière (1740-1805) aan Constant d'Hermenches, James Boswell, Benjamin Constant en anderen 1760-1805
Aan Vincent van Tuyll van Serooskerken, zonder datumGa naar eind23.Ik moet je bekennen dat ik van de Amsterdammers houd, omdat ze een standpunt hebben, een politiek, en op hun eentje een succes hebben behaald. De rest van onze republiek, met uitzondering van ons oude Corps des Nobles van Utrecht, leek mij al sinds lang beschamend en verschrikkelijk ingeslapen. Ik zou willen weten wat die Baron van Capellen die het publiek zo bezighoudt en zoveel verontwaardiging en vrees onder zijn confraters veroorzaakt, te vertellen heeft. Wij lezen op het ogenblik het leven van Filips de Tweede van Spanje, dat wil zeggen over de revolutie die ons land zijn vrijheid heeft gegeven; niet zolang geleden las ik dezelfde periode in de Vaderlandsche Historiën die ik ten geschenke heb gekregen. Wat een man die eerste Willem!Ga naar eind24. Onze minder zware lectuur bestond de laatste | |
[pagina 79]
| |
dagen uit Abélard et HeloïseGa naar eind25. of brieven van twee minnaars die elkaar nooit zagen. Men mag dat, zo men wil, goed of slecht vinden, maar ik houd staande dat het interessant en nuttig is. De schrijver is dezelfde als die van Le paysan pervertiGa naar eind25., - ken je die roman? Ik heb hem met een verrassende belangstelling gelezen. Neem hem eens een keer mee naar de Coelhorst en lees hem alsjeblieft als het regent. |
|