Volledige werken (2 delen)
(1876)–Eugeen Zetternam– Auteursrechtvrij
[pagina 221]
| |
I.Men kieze tot woonplaats in de Vereenigde-Staten: Pensylvanië, Ohio, Indiana, Michigan, Illinois, Missouri, Wisconsin, Jowa, West-Virginia en West-New-York. De zuidelijke landen van Noord-Amerika zijn te heet voor eenen Belg; zij zijn: Zuid-Carolina, Georgia, Florida, Alabama, Louisiana en Missisipi. Men wachte zich zijnen keus op Zuid-Amerika te stellen en denke noch aan Mexico, noch aan West-Indië of Brazilië. | |
II.Landbouwers, kleermakers, schoenmakers, smeden, timmerlieden, metsers, vinden er een hoog loon; koopmansklerken, schrijvers en leeraars zijn er te veel. Geneesheeren, die Engelsch verstaan, kunnen er fortuin doen; maar goud- en zilversmeden, barbiers, pruikmakers, schouwvagers en zeepzieders zouden er moeielijk den kost vinden. | |
III.Men zorge, dat men, alvorens te vertrekken, te Antwerpen niet moet vertoeven. Menigeen komt in dit geval zonder geld en onverrichter zake naar zijne oude woonplaats terug. Om dit te voorkomen, sluite men, eer men zijne woning verlate, met dezen of genen bekenden agent van Antwerpsche reeders een overvaart-contract. Daarin bepaalt men, dat de scheepsreeder, te rekenen van den vastgestelden dag der aankomst te Antwerpen of drij dagen na dien dag, de landverhuizers zal onderhouden à rato van 1 ½ fr. per volwassen persoon en de helft voor de kinderen. Een zuigeling is vrij van passagiegeld. Kinderen van 1 tot 8 jaren hebben gewoonlijk 10 fr. afslag op de reiskosten en de helft op de mondbehoeften; de kinderen van 8 tot 12 jaren hebben slechts het vierde afslag op de mondbehoeften. | |
IV.Volgens bestaande verordeningen, moet men voor 90 volle dagen proviand hebben, de reeder bezorgt dit in gewone tijden voor 35 à 45 fr. per volwassen persoon. Behalve dit proviand neme men in een klein koffertje mede: Gerookt vleesch, uitgekookte en gesuikerde melk, droge pruimen en vijgen, in kalk ingepakte versche eieren, rhum en citroenen, wijn, suiker, camilliën- of lindenthee. | |
V.Men neme zooveel lijnwaad mede als 't mogelijk valt. Een weinig onbreekbaar kookgereedschap, om er zich op het schip van te bedienen. Zware meubelen verkoopt men alvorens te vertrekken, en op het schip komt een stroozak of eene matras beter te pas dan een pluimen bed. | |
VI.Vijffrankstukken zijn het beste geld, om in Amerika mede voort te kunnen. Een vijffrank- | |
[pagina 222]
| |
stuk geldt 94 Amerikaansche centen, waarvan 100 een dollar zijn. Men onthoude dit, om zich niet bij eenen wisselaar in Amerika te laten bedriegen. Men drage zijn geld in eenen lederen riem om het lijf; groote sommen verandert men tegen wissels. | |
VII.De beste tijd om de reis te ondernemen is Mei, Juni, Juli en Augustus. | |
VIII.New-York is de beste landingsplaats. Men wachte er zich voor de bedriegers; want daar leven duizenden menschen van het afstroopen der landverhuizers. Er zijn twee maatschappijen om den landverhuizer hulp en raad aan te bieden; de agenten ervan zijn: J.C. Allstadt, 95, Greenwich-street. C.J. Fleischman, 304, Broadway. De laatste is uitsluitelijk voor degenen, die land aankoopen willen. Het is best zich dadelijk na de aankomst bij den eerste te vervoegen, zoo zal men vermijden bedrogen te worden. | |
|