Verzameld dichtwerk. Deel 1. Lyrische poëzie(2007)–Karel van de Woestijne– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 569] [p. 569] [Er komt iemand bij mij, dien 'k nimmer zag] Er komt iemand bij mij, dien 'k nimmer zag, en uit-der-mate vriendlijk, die mij zegt: ‘Gij weet, ik berg iemand in mijne woon. Neen: er verbergt zich iemand in mijn woon. Ik zie hem niet, maar ben in hem begaan. Ik ken hem, en hij is mijn liefst bezit...’ - Ik durf niet zeggen dat die vreemdling liegt. Ik durf niet zeggen dat zijn gast de mijne is. Ach! ik durf niet zeggen dat hij niet bestaat, misschien. Want hij bestaat in mij. Vorige Volgende