Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taal
    • Limburgse literatuur
    • Friese literatuur
    • Surinaamse literatuur
    • Zuid-Afrikaanse literatuur
  • Selecties
    • Onze kinderboeken
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Publiek Domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Hergebruik
    • Disclaimer
    • Informatie voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid
Verzameld dichtwerk. Deel 1. Lyrische poëzie

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2,34 MB)

Scans (10,04 MB)

ebook (4,06 MB)






Editeur
Anne Marie Musschoot



Genre
poëzie

Subgenre
verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

Verzameld dichtwerk. Deel 1. Lyrische poëzie

(2007)–Karel van de Woestijne

Vorige Volgende
[p. 282]

[Ik ben ten hoogsten berg gestegen]

 
Ik ben ten hoogsten berg gestegen,
 
waar 't oog den breedsten kreits omvaêmt;
 
waar 't hoofd, van alle licht omzegen,
 
van elken aêm der wereld aêmt;
 
 
 
waar lage mane-waden dúren
 
als reeds een mid-dag aan ze randt,
 
en waar de vlam van aller ure
 
in de een'ge zonne samen brandt;
 
 
 
waar de eeuwge krachten, onbewogen
 
ten pallen zetel van den tijd,
 
gebreid en weder saêm gezogen,
 
vereend en weder uitgedijd,
 
 
 
- waar alle dood en alle leven,
 
ten kern gekeerd, den kern ontvliên:
 
- - ik mocht den hoogsten top bestreven
 
en ónder mij de heemlen zien...
 
 
 
En zie: waar 'k sta, van alle wegen,
 
van elk verlangen einde en doel,
 
en 'k als een baak, de verten tegen,
 
der verten midden-punt me voel;
 
 
 
En waar 'k, moedwillig de aard vergeten,
 
van elke daad de wereld wijd,
 
en zelfs de vreugd versmaad, te weten
 
uw weelden, Onverschilligheid; - -
 
 
 
- o gij, die stijgt naar mijne steilte,
 
arm kind, dat eigen liefde tart:
 
o wist ge, in deze goden-ijlte,
 
hoe zwaar me weegt mijn menschen-hart...

Vorige Volgende