De lantaarn
(2002)–Pieter van Woensel– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 112]
| |
Naredeaant.Een zeker schrijver, die onder lieden van vernuft een zekere reputatie heeft en die reputatie ook verdient (de man heet H. Fieldingo), getuigt, dat van al zijn schrijverij niets hem meer moeite kostte dan zijn voorredes. Denkelijk wilde hij die voorredes schrijven vertrouwend ze leesbaar te maken. Ongaarne wil ik deze auteur tegenspreken. Graag beken ik, dat 't mij oneindig minder moeite kostte deze middag baars te eten dan na dat eten dit p.s. te schrijven. Gelooft mij, Bataven! Ik zou mij er niet druk over maken, indien 't mij niet was voorgekomen, dat ik nog niet was uitgepraat. Gelieft dus te weten, dat de hoofdzaak van de inhoud van dit boekje al uitgeschreven was, in 't najaar van het verleden jaar, dat is, vlak voor - en omstreeks de laatste revolutie in Frankrijk, die de Grootste Mano van Europa (en niet de ongelukkigste) aan 't hoofd van die Grote Republiek bracht. Gelieft u te herinneren, dat de omkeringen van zaken tegenwoordig op elkaar volgen, als een harddraverij waarin enige paarden op hol geslagen zijn. Gelieft te weten, dat alle boeken, en ook dit boekje dit gemeen hebben met schilderijen, dat men ze niet juist kan beoordelen tenzij men zich verplaatst in 't oogpunt, van waaruit de kunstenaar ze maakte. Gelieft te weten, dat dezelfde voorwerpen een geheel verschillende aanblik krijgen, naar gelang er een helder zonnelicht op schijnt of de lucht bewolkt is. Ik verzoek dat men mij gelooft, als ik verklaar alléén te spreken over zaken en geenszins over personen;Ga naar voetnoot1. dat ik alle personaliteiten haat en zeer weinig hen bemin die zoiets beminnen. Dat zulke mensen die met zogenaamde scherpzinnigheid menen duidelijke toespelingen te vinden, dit wijten aan hun geweten, en niet aan dit schrijven. | |
[pagina 113]
| |
Rembrandt, die men ervan beschuldigt de verf er nogal dik op te smeren,Ga naar voetnoot2. placht te zeggen dat zijn stukken niet gemaakt waren om beroken te worden. Ik, die geen wiskundige ben, schrijf niet voor dezulken die ieder woord op een goudschaaltje leggen. Om misinterpretatie vóór te zijn, verklaar ik het plaatwerk te zijn: Caricatuur; en 't schrijfwerk: zuiver Amfigourie.Ga naar voetnoot3. En hiermee wens ik u, lezers en lezeressen! blijvende gezondheid en welzijn - met verzoek mij te vergeven als 't boekje u minder beviel dan u verwachtte. Maar geloof me! ik probeerde 't dingetje zo aangenaam te maken als (voor mij) doenlijk was. Ik durf niet goed u beterschap te beloven: want ik voel mijn eindrust naderen. |
|