dom van een hoop domme werk-ezels te verwandelen in menschen, bekend met hunne rechten en de plichten hunner regenten - een geest van alles uittepluizen, en vermindering van ontzag voor de geconstitueerde magten.
Eene verwarring van de rangen en costumen.
De leedigheid, de slapheid, de zedeloosheid in de eerste rangen.
Aanspraaken, gesteld in de plaatze van daadzaal en, klanken in plaatze van klepels, decoratie-werk.
De woeker, en 't plaatzen van zijn geld in lijfrenten.
De verwaarloozing van den landbouw, voor den koophandel, van den koophandel voor den wisselhandel, van den wisselhandel voor actiespel;
De publieke geldleeningen, welke heele geslachten bedurven hebben.
De weelde in alle klassen, iedereen zich behoeften boven zijne vermogens gemaakt hebbende.
Een woelachtigen lust na Staatsomwenteling, onderhouden door den geest van commercie, die strekt om onophoudelijk gemaakte behoeftens op te wekken; met oogmerk om te vermeerderen 't vertier; en de oogluiking van de regeerenden omtrent de sporelooze weelde der onderdaanen, om de publieke inkomsten te doen steigen.
De bezwaarlijkheid om te hebben, als iedereen leest, drukken laat en redeneert, Staatsbedienden, bekwaamer dan zij, die bedient worden,