Biographisch anthologisch en critisch woordenboek der Nederduitsche dichters. Deel 3 HAE-IPE
(1822)–P.G. Witsen Geysbeek– Auteursrechtvrij
[pagina 431]
| |
aanzienlijk Zeeuwsch geslacht Ga naar voetnoot1, werd den 25 Januarij 1692 waarschijnlijk in 's Hage, geboren, en leide zich met een' loflijken ijver toe op de beoefening der fraaije letteren en de dichtkunst, en wel voornamelijk op de tooneelpoëzy, zijne twee treurspelen Athenais 1711 en Zaida 1718 zijn zwakke vertalingen uit het fransch, doch zijne oorspronglijke blijspelen zijn los en geestig; De Dwarsdrijfster en Het Onbesturven Weeuwtje Ga naar voetnoot2, zijn beiden tot in onzen tijd aan het Amsterdamsch tooneel gebleven. Zijne losse gedichten worden achter die van zijn' vriend mauricius gevonden. |
|