Die dagboek van Hendrik Witbooi
(1929)–Hendrik Witbooi– Auteursrecht onbekendKaptein van die Witbooi-Hottentotte 1884-1905
Verordering.Ga naar voetnoot1)Aangaande de invoer van vuur-wapen en amonitië in het zuid west afrikaansche beschermings gebied. op grond van § 11 der wet aangaande de rechtsbetrekkingen van de Duitsche beschermings gebieden, van den 15. Maart, 1888 [Rs.Bl. bls.75:] en van §2 der dienst-aanwijzing aangaande de hand having van rechtsgebied in het zuid west afrikaansche bescherminggebied van den 27. Augustus 1890 en tralbladGa naar voetnoot2) voor | |
[pagina 240]
| |
het Duitsche Rijk bls. 304:) word vero[r]dend, wat volgt. | |
§ 1.De invoer van vuur-wapenen, amonitië of kruid in het zuid west afrikaantsche beschermings gebied is met uitzondering der in de §§ 2 en 5 beschreven gevallen verboden | |
§ 2De Keizerlyke Kommissaris kan de bewilliging van invoer van wapen, amonitië of kruid verlenen 1. aan zulke perzonen, die eene voldoende verzekering er voor beloven, dat wapen de amonitië en het kruid niet aan derde gegeven, overgelaten, of verkoch wordt. 2) Rijzigers, die met een bewys van hunne Regeëring zijn voorzien daarheen luident, dat het wapen de amonitië en het kruid tot hunne perzonlijke verdeediging en bestemd .................... | |
§ 3Wie op den grond van de voeraf gaanden paragraaf, wapen ammonitie of kruit in het beschermings gebied wil invoeren heeft te voren den keizerlijken Kommizaris eene naauw keurige beschryving der soort van wapen benevens aangifte van de fa-briek nommer en andere kenmerken als mede eene lyst ter ammonitië en de hoeveelheid van het in te voeren kruid ten behoeven van verleening van een schry[f]telijk verlof van invoer en uitstelling van een certifikaat toot dragen van het wapen en te leveren. Over de behandeling van verlof brieven van invoer blyven byzondere bepalingen voorbehouden. | |
[pagina 241]
| |
§ 4.Het certifikaat tot dragen van het wapen dat de nauw keurige beschryving van het wapen en den naam van den tot dragen geregdigden bersoon bevat wordt voor den tijd van vijf jaren uitgesteld en kan verneuwd worden het is een geval van bewezen misbruik te herroepen. | |
§ 5.De Keizerlijken Kommizaris kan het verlof tot invoer van niet getrokken steen Geweren een gemeen kruit grof van korrels aan degene personen geven die vrijheid tot handelen met deze koopwaar hebben verkregen en eene naauwkeurige lyst van de in te voerende hoeveelheid hebben ingelevert | |
§ 6.Tot vrijheid van handel met niet getrokken steen geweren en gemen kruid is eene belaasting van 200 tweehondert mark voor het jaar gerekend van begin Januarij tot einde van December te betalen De vrijheid van handel kan ter ieder tijd herroepen of op zeker gedeelden van het beschermings gebied beperkt worden in deze geval[l]en kan de betaalde belastinging geheel of gedeeldelijk terugvergund worden. | |
§ 7.De personen die vryheid van handel hebben verkregen zyn verbligt den Keizerlijken Commisaris ieder zes manden eene naauwkurige lijst met aangifde der besteming van de verkochte wapen en van het verkochte kruid als mede wat er nog overige is in te leveren. | |
[pagina 242]
| |
§ 8.Overtredingen van deze ver[or]dening worden met gevangenis tot drie manden of met geld boede tot 5000 vijf duizend Mark eenkel of in verbinding met malkander bestraf. De vuurwapen en de ammonitië en het kruid die onderwerp der overtreding zijn worden geconfisceerd. De zelfde straf verbeuren degenen een certifikaat zich hebben laten uitstellen [§§ 3 en 4], maar zonder dit bij het met de voerenGa naar voetnoot2) van wapen worden aangetroffen. | |
§ 9.De voorafgaande bebalingen vinden gene toepasing op die van de Regering voor wapening der publieken macht en voor inrigting van lands verdeedeging getroffen maat regelen. | |
§ 10.Deze verordening wordt onder ophefing van de vroegere dit onderwerp bedreffende verordening met heden van kracht.
Windhoek den 10 Augustus 1892.
De plaats vervangende Keizerlyke Kommissaris voor het Zuid west Afrikaansche beschermingsgebied.
get: v François.
Hoofdmand.Ga naar voetnoot3) |
|