Die dagboek van Hendrik Witbooi
(1929)–Hendrik Witbooi– Auteursrecht onbekendKaptein van die Witbooi-Hottentotte 1884-1905
[pagina 147]
| |
Maharrero my te gewigdig is, en ik kan die woorden niet overlopen, en ik zal wachten totdat die tyd voorbij zal. Nu verzoek ik U doe toch haast ik zal wach totdat dien maand uit is, maar zooals U weet zal ik in korten tyd uitgaan, naar Kahimemo, want hij heeft mij geroepenGa naar voetnoot1), maar dat hindert neit te woorden van U, en die werk van vrede verder stuur den man met den briefGa naar voetnoot2), ik verzoek U wees toch zoo goed, en dat dien man en stuur iemand met hem. Als bewys dat ik de woorden aan neemt stuurt den man wat Samuël Maharrero mijn gegeven heeft. Hoopende dat U Edl mij zult aanneemt en doen sluit ik die brief met hartelyke groetenis.
Ik ben Uwen vriend & Cap.
Hendrik Witbooi. |
|