Die dagboek van Hendrik Witbooi
(1929)–Hendrik Witbooi– Auteursrecht onbekendKaptein van die Witbooi-Hottentotte 1884-1905
(j)
| |
[pagina 14]
| |
en in die vrede wordt ik vermordt.Ga naar voetnoot1) Kamaharero had my ingeleid in zynen kraal, en my daarin vermordt en ik heb zich slechts verdedig, en in die verdedigen zyn myne Ammonitie gedaan, zoo ben ik ins nachts van daar gegaan. Want U Eerwd hebt my afgebragt van myne staansel, en my vermaand naar vrede, wetente dat Kamaharero een moordenaar is, maar U doet geen moeite naar hem. Zoo hebt U my vast gemaak voor Maharero, dat hy my zal dooden, met vrede moorden en U laat Maharero vry, U spreekt geen woord tegen hem. Deze gemeente van Rehoboth had reeds by my gezien, dat Maharero een moordenaar is, want hy heeft my laat vermoord zonder schuld. Ten tweedemaal had Maharero my weder vermoord wegens uwe woorden, Nu weet ik niet hoe ik die menschen zullen houden die my tot vrede vermanen, wetende dat hy een moordenaar is. Nu verzoek ik u Eerwd. wees toch zoo goed, en doe toch moeite met uwe gemeente laat ik toch onkoste krygen voor de gekweste mannen en ook leen my twee wagens tot naar myn werft, laat ik toch die mannen laten want ik heb ook geen paarden en laat ik toch het antwoord op //Hoeras weten want ik zal Woensdag daar komen. Nu maak ik U Eerwd. bekend de poort van oorlogt is opgesloten en de poort van vrede is nu toegesloten.
Ik groet U Eerwd. hartelyk
Ik ben Uwen vriend
Hendrik Witbooi. |
|