Seeman, behelsende een grondige uitlegging van de Neederlandse konst, en spreekwoorden, voor soo veel die uit de Seevaart sijn ontleend, en bij de beste schrijvers deeser eeuw gevonden werden(1681)–Wigardus à Winschooten– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina *7r] [p. *7r] Op den Seeman van den heer Wigardus à Winschooten: Groot voortsetter van de Neederlandse Taalkunst. Behaald een Seeman, die door ’t schuimend peekel spoed Met koop’re steevens naa de Goudmijn ooit een stoet Van eer? of een die schuimd van arge roofgedrogten De plas, waar op sijn moed heeft seegenen bevogten? Vvat rist, en oovermaat van Laauw’re groenten is Dees een verpligt aan sulk een SEEMAAN, die seer wis t’ Ontdekken weet een lengt van uitgepikte schatten, En’t onrein, dat ons spraak oneindig quam bespatten, Met schranderheid veegd weg. Een ander seil om taal Naa’t vaak eng Engeland; of naa de ligte saal Van ’t onvrank Vrankrijk; of naa misgelijker paalen, Om’t onrooms Rooms; meer roem treft aan die harssenschaalen, Die soeken ’t Binnelands, om uit en t’huis van land Te wesen nooit. Die borst het nutst en veiligst strand: Want doen sij wel, die d’eer van ’t buiten streeks opdelven, ’t Is dubbeld wel gedaan, wen men verheft sig selven. Jacobus vander Brugge. Vorige Volgende