Aanteekeningen.
De è klinkt als in 't fransche être; de
oa tusschen o en a in.
12. Kontent, tevreden, basterdwoord uit het fransch, dat
overal in de nederlandsche volksspraak voorkomt, maar in Noord-Nederland weinig
gebruikt wordt.
Dalen, deelen.
13. Noa doatum; zie vs. 13 bl. 328 I op na
datum.
Eweg, zie vs. 15 bl. 255 II op eweg.
Oanêwe, oanhêwe, aanhouden.
15. Den bras, van iets geven, in Noord-Nederland den
brui.
16. Koeskes, varkentjes. Zie vs. 23 bl. 259 II op
mötte, vs. 23 bl. 329 I op kuus en vs. 15 bl. 328 I.
17. Oeze, onze; zie vs. 18 bl. 259 II op oze.
Voaderen, vader, op oude wijze verbogen; zie ook vs. 18 van
deze vertaling, vs. 18 bl. 142 II en vs. 18 bl. 292 I op noa
vajeren.
18. Koad, kwaad; zie vs. 28 bl. 238 II.
19. Ik zen, ik ben; zie vs. 19 bl. 211 II.
20. Seffes, terstond; zie vs. 22 bl. 238 II.
Kompassi, medelijden; zie vs. 20 bl. 198 II.
Ondeugdig, vervallen, ellendig, ook vuil, smerig, is
eigenlijk ondeugdig; ondeugendig wordt ook wel gebruikt. Dit woord komt
ook in Noord-Brabant en in Limburg voor.
22. Ai riep over, hij riep; over iemand roepen is in
dezen tongval algemeen in gebruik. Zie vs. 26 bl. 276 I.
23. Kerremis, kermis, feest; zie vs. 23 bl. 238 II.
Êwe, hêwe, houden.
25. Joa-mor, ja maar; zie vs. 25 bl. 245 II op
jo-ma.