Henry en Louize
(1794)–Cornelia L. van der Weyde– AuteursrechtvrijTweede deel
[pagina 182]
| |
ligt te sterven: - ik gaa dus ten spoedigsten op reize naar hem toe, om zijne laatste oogenblikken bij te woonen - Eene gemengde aandoening heerscht in mijne ziel - ik wil dit voor u niet verbergen. - Overtuigd, dat de Generaal mijne liefde nooit zoude inwilligen, voel ik zekere vreugde over onze aanstaande verbindtenis; maar zij is gemaatigd, door het besef, dat ik mijnen Oom en Weldoener zal derven. - Zonder twijfel verkoos ik liever de erfnis te misschen, was daarmede 's Mans leven te koopen; maar dit hangt van mij niet af. - Ik kan op uw brief niets antwoorden; want de Postchaize staat voor de deur. - Alleen nog, ik verlang nader bericht te weeten omtrent uwe nieuwe kennissen; maar wees toch omzichtig! - Groet den Oversten lustig, en geloof dat ik, met toegenegenheid ben,
Uw getrouwe Vriend,
frederik. |
|