zagt wist hij mij op de wegen der godvrucht te leiden en te bevestigen! - Wat waren zijne aanspraaken gemoedelijk! - Hij had - ô! zoo veel bevinding! Ik hield hem als een Heilige - ik eerde hem als een tweeden simeon; maar ach! het was altemaal valschheid - bedrog en list - hij heeft nooit God gekend; maar bewandelt den weg bileams, des zoons bosors! - -
Gister avond kwam hij aan mijne wooning - ô! hij was zoo lieflijk - de vertroostingen vloeiden als honig van zijne lippen - toen was het dat hij voorgaf, van een lastigen schuldeischer aangevallen te worden, om de betaaling van twee duizend guldens, die ik hem, uit genegenheid om mijn medemensch te helpen, daadlijk gaf - hij beloofde mij een Schepenkennis op zijn huis te zullen geeven, waar op ik vast aan ging. - Ik heb hem dit geld in gerande gouden ducaaten toegeteld, en men kan in deeze dagen daarmede nog eene eerlijke overwinst doen; en die ben ik nu ook kwijt; want hij is met mijn kostelijke geldjen, dat ik zoo zuinig bespaard heb, weg gevlugt - ja, dat is hij - ô! wat zal ik beginnen! - Ik ben bedorven - ja, dat ben ik!
Ik hoor, dat er in onze buurt eene ligtekooi woont, welke voorgeeft dat de Broeder haar bezwangerd heeft, en dat dit ondier, na dat zij haar kindjen geworgt had, zich zelve vergeeven heeft. -
ô, Mijn Heer adelaart! verschaf mij recht - want het is zeker, dat de Broeder doorgegaan is. - Ik verzoek arrest op alle zijne goederen te mo-