Verzamelde gedichten(1970)–J.W.F. Werumeus Buning– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 36] [p. 36] [Gij maakte de aarde als een heuvelland] Gij maakte de aarde als een heuvelland En in de dalen zingt gij als de zee, O dood, en elke nacht is langs uw ree Een sluimerend gaan aan ene smalle hand. Niets weten de ogen van den overkant Dan een bevreemding als de nacht verglee En hunne vrede keert niet met hen mee Tot in de dagen aan dit donker strand. En iedere maal, na 't aarzelend ontwaken Wordt mij het leven vreemder en ik zie Hoe mensen opzien en hun arbeid staken Om uwen wil, op uwe melodie. Ik ken hen niet, ik kan u niet genaken, Gij nadert mij en niemand dien ik zie. Vorige Volgende