Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S(1807-1810)–P. Weiland– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [Stoof] STOOF, een kunstwoord van het kootspel: de koot ligt niet schijt, maar stoof. Aauwe! wille wij 't saamen klaawen? Ick ra stoof, Aauwe schijt. Aauwen is sijn klaauwen quijt. G.A. Brederoo. Vorige Volgende