[Stokbewaarder]
STOKBEWAARDER, z.n., m., des stokbewaarders, of van den stokbewaarder; meerv. stokbewaarders. Van stok en bewaarder. Anders ook stokwaarder, en stokmeester. De opziener over een gevangenhuis, waarin men de voeten der gevangenen in eenen stok sluit: de stokbewaarder kwam met zijne steutels binnen. Ende de stockwaerder boodtschapte deze woorden aen Paulum. Bijbelv.