[Spiesglans]
SPIESGLANS, z.n., o., van het spiesglans; zonder meerv. Van spies en glans, voorheen glas, en spiesglas. Een half metaal, dat uit kleine glanzige spiesjes zamengesteld is, en in de Geneeskunde veel gebezigd wordt. Zamenstell.: spiesglansgift. In het hoogd. luidt het spieszglas, boh. sspisglas, lat. antimonium.