Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S
(1807-1810)–P. Weiland– Auteursrechtvrij
[pagina 234]
| |
grooting. Van het oude Rome afkomstig, en daartoe betrekkelijk: de Romeinsche heerschappij. Eene Romeinsche kleederdragt. De Romeinsche geschiedenis. Op zijn Romeinsch leven. Dat is een Romeinsch stuk, een kloek bedrijf, zoo als die der burgers van het oude Rome, die bij ons den naam van Romeinen voeren, waarvan Romeinsch afstamt. Daarentegen is Roomsch, dat tot het tegenwoordige Rome behoort. Zie Roomsch. |
|