[Raaghoofd]
RAAGHOOFD, raagshoofd, z.n., o., des raaghoofds, of van het raaghoofd; meerv. raaghoofden. Een werktuig der vrouwen, anders raagborstel, of ragebol, genoemd, en op een langen stok, die den naam van raagstok voert, vastgemaakt, om daarmede het rag weg te ragen: Trijn van Leemput zwaait haar sloofje aan den steel van een raaghoofd, als een vaandel. Zie rag.