Nederduitsch taalkundig woordenboek. M, N. O(1804-1806)–P. Weiland– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 85] [p. 85] [Middelmeester] MIDDELMEESTER, z.n., m., des middelmeesters, of van den middelmeester; meerv. middelmeesters. Die onder eenen anderen meester staat. Ook is het voor middelaar gebezigd. Van middel en meester. Vorige Volgende