Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D
(1799-1801)–P. Weiland– Auteursrechtvrij
[pagina 513]
| |
mand, die hetzelfde deel geniet, of wien hetzelfde ten deel valt: deelgenoot van mijne rampen! Van hier deelgenootschap. |
|
[pagina 513]
| |
mand, die hetzelfde deel geniet, of wien hetzelfde ten deel valt: deelgenoot van mijne rampen! Van hier deelgenootschap. |
|