Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D
(1799-1801)–P. Weiland– Auteursrechtvrij
[pagina 464]
| |
dat de sluier met zijn vouwen gord' den neergeslagen bouwen. Vond. Ter plaets daer matigheid de broeck en bouwen vormt. J. d. Deck. Ook komt het bij Hooft en Huigens voor. Broek en bouwen schijnt eene oude spreekwijs te zijn, om beide de geslachten aanteduiden. |
|