door, of tot, niets laten bewegen. Voor alles ter bereiking van zeker einde in het werk stellen, gebruikt men de spreekwijs: hemel en aarde bewegen. Somwijlen wordt het ook als onzijd. gebezigd, voor zich bewegen: en Sina moest bewegen. Camph. Zamenstellingen zijn: beweegmiddel, beweegoorzaak, beweegrede enz.
B. Huydecoper pleit zeer voor de gelijkvloeijendheid van dit woord, en stelt alleen bewegen, beweegde, beweegd, stavende het gebruik daarvan door verscheidene voorbeelden. Onaangezien dit, is het echter zeker, dat hetzelve, oulings, ook ongelijkvloeijend is gebezigd geworden, en dat men, thands nog, veel meer zal hooren en lezen: ik ben daartoe bewogen geworden, of dat heeft mij bewogen, dan ik ben daartoe beweegd geworden, of dat heeft mij beweegd. In een van beiden, zegt Fr. van Lelyveld, moet een verloop erkend worden, en het komt ons gereeder voor, dat een ongelijkvl. werkwoord, door verloop, gelijkvloeijend, dan dat een gelijkvl. ongelijkvloeijend gebezigd worde. Wij zijn derhalve van oordeel, dat het ongelijkvl. bewoog, bewogen (gelijk ook joeg, vroeg, schond, geschonden) de voorkeur verdient.