[Azia]
AZIA, Azie, (drielettergrepig) z.n., o., van het Azia, Azie; zonder meerv. Het oostlijke deel des aardbols. Ook voor een gedeelte van dit werelddeel: klein azie. Van hier het zelfst. naamw. aziaat, aziaten, een persoon uit Azie; ook het bijv. naamw. aziatisch, hetgene dat tot Azie behoort, uit Azie afkomstig is, of eenige betrekking op dat werelddeel heeft.
De afkomst van dit woord is duister. Sommigen meenen, dat zekere Asia, dogter van Oceanus en Thetijs, en huisvrouw van Prometheus - Anderen, dat Asius, zoon van Cotijs, de oorsprong van dezen naam is. Bochart is, van gevoelen, dat dit werelddeel Azie genoemd is, van het hebr. חצי, d.i. het middelste, dewijl klein Azie, in zeker opzigt, tusschen Europa en Afrika gelegen is.
Wachter. leidt het van As af, welk, bij de Ouden, God beteekende; omdat men het als het geboorteland der Goden mag aanmerken.