Vaderlandsche historie. Deel 7
(1752)–Jan Wagenaar– AuteursrechtvrijVII. Huwelykshandeling tusschen den Hertog van Anjou en de Koninginne van Engeland.Hiertusschen, hadt zig de Hertog van Anjou, terstond na 't scheiden zyns Legers, begeven naar Engeland, om den handel van zyn Huwelyk met de Koninginne, in persoon, aan te binden. Zo ver was hy hierin gevorderd, dat de Koningin hem, zo hy, naderhand, zeide, in haare Brieven, Mon Coeur, in plaats van Monsieur, dat is, Myn hert, voor Myn heer noemdeGa naar voetnoot(v). De Huwelyksvoorwaarden zelven waren reeds, sedert eenigen tyd, ontworpen geweest. Ook werdt de Hertog, die, van verscheiden' Nederlanders, en onder anderen van Justinus van Nassau, natuur- | |
[pagina 421]
| |
lyken Zoon des Prinsen van Oranje, en van den Heere van Aldegonde verzeld, op den eersten van Slagtmaand, in Engeland aangekomen was, met groot betoog van hoogagting, ten Hove, ontvangen; zo dat veelen het Huwelyk zo goed als voltrokken rekenden. Hier te Lande, twyfelde men 'er niet aan, na dat Aldegonde aan den Prinse, en deeze wederom aan de byzondere Staaten, onder anderen aan die van Holland, schriftelyk berigt hadt, hoe het Huwelyk tusschen de Koningin en den Hertoge, eindelyk, op den twee-entwintigsten van Slagtmaand, geslooten was, hebbende haare Majesteit zyner Hoogheid, ten zelfden dage, eenen kostbaaren ring op trouwe gegeven. De Staaten van Holland stelden zelfs, op aanschryving van den Prinse van Oranje, eenen openbaaren dank- en vreugdedag in over dit Huwelyk, tegen den dertienden van WintermaandGa naar voetnoot(w).Ga naar margenoot+ Evenwel wisten eenige Engelsche GrootenGa naar voetnoot(x), met naame de Graaf van Leicester, die de Jufferschap op zyne hand hadt, door middel derzelve, het Huwelyk te breeken, kort na dat het gemaakt scheen. Zy viel, nog dien zelfden dag, der Koninginne aan, met schreien en jammeren, als of het, met haare Majesteit, het Ryk en den Godsdienst, omgekomen ware, zo deeze Egt voortging. De Koningin scheen hierdoor bewoogen, en trok, des anderendaags, in een geheim gesprek met Anjou, haar gegeven woord we- | |
[pagina 422]
| |
derom in. Sommigen willen, dat het Huwelyk haar nimmer ernst geweest zyGa naar voetnoot(y), en dat zy den handel alleenlyk zo ver hadt laaten komen, om Frankryk met Spanje in oorlog te helpen, en Anjou in de Nederlanden, met te beteren schyn, te konnen ondersteunen. Ook meent men, dat de Koning van Frankryk het Huwelyk zyns Broeders niet sterk gezogt hadt, hebbende hy gevorderd, dat het voltrokken werdt, eer hy een beschadigend en verdedigend Verbond wilde sluiten met de Koninginne; naar welke voorwaarde, Elizabet geene ooren hadt. De Hertog was dan, veelligt, de eenigste, die zyne verwagting te leur gesteld zag. Hy vertoefde nog eenigen tyd in Engeland, was zeer gemeenzaam met haare Majesteit; doch van het Huwelyk werdt niet meer gesprokenGa naar voetnoot(z). |
|