Vaderlandsche historie. Deel 7
(1752)–Jan Wagenaar– Auteursrechtvrij
[pagina 121]
| |
Vaderlandsche historie.
| |
[pagina 122]
| |
nieuws, met Don Jan. Dykaadjen. XI. Oranje doorreist Holland. 't Stigt neemt voldoening van hem. XII. Bergen op Zoom, Steenbergen, Thoolen en 's Hertogenbosch, door de algemeene Staaten, verzekerd. Oranje verrast Breda. Kasteelen geslegt. XIII. Veranderingen in Friesland en Groningen. XIV. De algemeene Staaten verzamelen een Leger. Oranje vertrekt naar Brabant. XV. Hy bewilligt tot nieuwe handeling met Don Jan. Wordt Ruwaard van Brabant. XVI. De Aartshertog Matthias tot Landvoogd verkooren. Verdeeldheid der Staaten. XVII. Beroerte te Gend. Oranje begeeft zig derwaards. XVIII. Don Jan wordt voor vyand verklaard. Voorwaarden, waarop de Aartshertog Landvoogd wordt. Oranje wordt tot zynen Stedehouder verkooren. XIX. Roermonde belegerd en verlaaten. Aanslag op Amsterdam. De Stad verdraagt zig met de Staaten van Holland. XX. Slag by Gemblours. Don Jan wint verscheiden' Steden. Vrugtelooze Vredehandeling. Holland en Zeeland houden zig buiten gemeenschap van lasten. XXI. Handeling met de Koninginne van Engeland. De Hertog van Anjou biedt den Staaten hulp aan. Gezantschap naar den Ryksdag. Vervolging slapt. XXII. Opschudding te Amsterdam, daar de Regeering veranderd en de Hervorming ingevoerd wordt. XXIII. Verandering te Haarlem. Oranje begunstigt de Doopsgezinden. De Hervorming dringt door. XXIV. Geloofsvrede ontworpen. Wordt te Antwerpen aanvaard. Ook in Groningerland en te Leeuwaarden. Afgeweezen te Utrecht. Gelderland, met geweld, hervormd. Ook Goes in Zeeland. XXV. Dathenus scheldt den Prins. Beweeging | |
[pagina 123]
| |
in Vlaanderen. Oorsprong der Malcontenten of Misnoegden. Oproer te Brussel. Anjou komt herwaards. XXVI. Staat der wederzydsche Legeren. Gevegt by Rimenant. Ongenoegen der Koninginne van Engeland. Anjou tot Beschermheer aangenomen. XXVII. Hertog Kazimir komt herwaards. Lasten der Staaten. Anjou wint eenige Steden. XXVIII. Don Jan sterft. Alexander Farneze, Prins van Parma, volgt hem op. Hessels en Visch gehangen. Anjou keert naar Frankryk. XXIX. Verdrag met die van Gend. XXX. Twist tusschen Groningen en de Ommelanden, bygelegd. XXXI. Moeite in Friesland. Kampen gewonnen. XXXII. Kazimir vertrekt. De Walsche gewesten sluiten een byzonder Verbond. | |
I. Don Jan van Oostenryk komt, als Landvoogd, in de Nederlanden.WAnneer men de veranderingen gadeslaat, die de Nederlanden, na de dood van Requesens, ondergingen, bespeurt men ligtelyk, dat 'er de Spanjaards haast allen gezag verlooren gehad zouden hebben; zo de Raad van Staate, nu geheel gezuiverd van Spaanschgezinden, langer in 't hoog bewind gebleeven ware. De Koning voorzag dit, en droeg 'er zorg voor. Men hadt, hier te Lande, reeds in Bloeimaand, by gerugteGa naar voetnoot(a), en in Oogstmaand, uit den Markgraave van Havrech, met volle zekerheid, verstaan, dat Filips de Landvoogdy hadt opgedraagen aan zynen natuurlyken Broeder, Don Jan van OostenrykGa naar voetnoot(b), die zig toen te Milaan | |
[pagina 124]
| |
onthieldt. Een wakker Krygsman was deeze, waarvan hy, in den jaare 1571, reeds blyken gegeven hadt, toen hy, 't opperbevel voerende over eene magtige vloote, by Lepanto, eene merkwaardige zege bevogt op de TurkenGa naar voetnoot(c). Men wil, dat hem, sedert, het hert trok naar Tunis, in Afrika, van welk Ryk hy zig Koning wilde doen verklaaren, na dat hy 't bemagtigd zou hebbenGa naar voetnoot(d). Ook zullen wy haast zien, dat hy 't oog nog op een ander veel magtiger Ryk geworpen hadt. Met den wind van zulk eene hoogheid in 't hoofd, kwam hy, heimelyk, uit Spanje, herwaards, in 't gezelschap van Octavio Ferdinand Gonzaga, voor wiens Paadje hy zig, op reize, uitgaf, en van nog twee of drie anderen; hebbende hy, om onbekend te blyven, zyn hoofdhair en baard zwart doen verwen. Te Parys gekomen, vernam hy, hoe 't in de Nederlanden gesteld ware, uit den Spaanschen Gezant, Diego de Zuniga. Van hier, raakte hy, zonder ontdekt te worden, voort naar Luxemburg, Hoofdstad van het Landschap van dien naam, welk zig, buiten den handel met de algemeene Staaten, gehouden hadt. Hy kwam hier binnen, op den vierden van Slagtmaand, juist den dag van den overval van AntwerpenGa naar voetnoot(e); en werdt 'er, na dat hy zig ontdekt hadt, plegtiglyk verwelkomd, door den Heere van Naves, Stedehouder des Graaven van Mansfeld.Ga naar margenoot+ Terstond gaf hy den Staaten, schriftelyk, | |
[pagina 125]
| |
kennis van zyne aankomst, hun tevens betuigende ‘hoe wee hem deedt de overlast, dien zy van 't Spaansch Krygsvolk leeden, en hy van zins was, strengelyk, te straffen, op dat de Landen eens wederom aan hunne oude welvaart geraaken mogten; alzo de Koning niets anders vorderde dan gehoorzaamheid en handhaaving van den Roomschen Godsdienst.’ Wyders verzogt hy gyzelaars van de Staaten, eer hy zig dieper Landwaards in begave. Doch deezeGa naar margenoot+ eisch vermeerderde het wantrouwen, dat men reeds tegen hem opgevat hadt. De algemeene Staaten zonden eenigen af naar Luxemburg, om zyne meening nader te verstaanGa naar voetnoot(f), ondertusschen, niet verzuimende, zig meer en meer te sterken. Tegen overGa naar margenoot+ Oosterweel, staken zy den dyk door, en lieten de Schelde ten Lande van Vlaanderen in, op dat zy, langs deezen weg, toevoer zouden konnen bekomen, die hun, door 't sluiten van den stroom voor Antwerpen, anderszins afgesneeden geweest zou zyn. Ook maakte Boudewyn van Gavere, Baron van Juchy, zig, voor hun, meester van Kameryk, en Joris van Lalaing, Heer van Ville, verzekerde zig van de Stad en 't Slot te ValenchynGa naar voetnoot(g). Voorts wierpen de algemeene Staaten het oogGa naar margenoot+ op Friesland en Groningerland; zendende, derwaards, François Martini Stella van Brussel, met last om te beproeven, of 't Krygsvolk tot het aanneemen der Gendsche Vrede te | |
[pagina 126]
| |
beweegen ware. Doch Gasper Robles, Heer van Billy, bedugt, dat deeze omkeering een einde mogt maaken van zyn bewind in deezen oord, deedt Stella, te Groningen, by den hals grypen en strengelyk pynigen, zonder egter iets anders uit hem te konnen haalen, dan dat hy gekomen was, om de Wethouderschap ter algemeener Dagvaart te noodigen. Terwyl hy in hegtenis zat, wist hy eenigen der soldaaten, die hem bewaarden, en door deezen, of, volgens anderenGa naar voetnoot(h), door zynen Geneesmeester, een goed getal knegten, met belofte van volle betaaling hunner agterstallige soldye, op de zyde der Staaten te winnen. Drie vendels, sterk omtrent vierhonderdenvyftig man, besluiten, Billy in hegtenis te neemen, en voeren 't stuk uit, met bystand der anderen. Ook stellen zy, nu vereenigd met hunne spitsbroeders, verscheiden' andere Hopluiden in bewaaringe. Stella werdt uit de gevangenis gehaald, en neemt eerst den soldaaten, toen der Wethouderschap den eed af, aan de algemeene Staaten. 't Krygsvolk hadt zig, midlerwyl, nieuwe Bevelhebbers gekooren, en voer dagelyks voort, met Spaansche Hopluiden en anderen, die zy verdagt hielden, te ligten en vast te zetten. Eene tronie van den Hertoge van Alva, gevonden in de wooning van eenen Spaanschgezinden burger, werdt, nevens de beeldtenissen van Billy en den Wagtmeester Antonio Sarda, aan de kaak gespykerd. Doch de opschudding bedaarde, na verloop van eenige dagen, heb- | |
[pagina 127]
| |
bende den Raad moeten besluiten tot het voldoen der agterstallige soldye, die tweehonderdenvyftienduizend guldens beliepGa naar voetnoot(i). De bezetting van Delfzyl en Appingadam, en zelfs die van Leeuwaarden en Staveren, 't voorbeeld van Groningen volgende, verzekerden zig, insgelyks, van haare Hopluiden, dezelven, wel bewaard, naar Groningen, verzendende. Stella zelf bragt deeze blyde tyding te Brussel aan de Staaten, die, terstond hierna, Joris van Lalaing, Heer van Ville, by voorraad, tot Overste van Friesland en Groningerland, aanstelden. In 't laatst van Wintermaand, werdt hy, te Groningen, ingehaaldGa naar voetnoot(k). 't Leedt niet lang, of hy bragt hier te wege, dat de bezetting, betaaling van de Stad en 't Landschap ontvangen hebbende, Groningen ruimde. Toen werden 'er agt vendelen schutters opgeregt, die zwoeren, nimmer bezetting in de Stad te zullen gedoogen. 't Kasteel werdt, met bewilliging der algemeene Staaten en des regeerenden Raads, om verre gehaald, en Billy, op verzoek des Raads, den Heere van Hierges overgeleverd. Friesland en Groningerland omhelsden toen de Gendsche VredeGa naar voetnoot(l). |
|