Vaderlandsche historie. Deel 6
(1752)–Jan Wagenaar– AuteursrechtvrijXXV. De Prins zoekt zig, met Engeland, en daarna, met Frankryk, te verbinden.Midlerwyl, hadt Oranje, genegen, om den oorlog, door onderneemingen van meerderen nadruk, ten einde te brengen, al sedert eenen geruimen tyd, gepoogd een voordeelig verbond met deeze of gene uitheemsche Mogendheden te sluiten, en op nieuws een Leger te verzamelen. Meest liepen wel zyne gedagten op een Verbond met Frankryk; doch na den moord van Parys, vondt hy raadzaam, eerst eens te bezoeken, of hy Engeland in zyne belangen kon overhaalen. Derwaards waren, reeds op 't einde des jaars 1572, uit 's Prinsen naam, en uit dien der Staaten van Holland, Zeeland en Westfriesland, afgezonden Jan van der Does, Heer van Noordwyk, Willem van Nyveld, Heer van Arendsberg, Meester Lieven Keersmaaker, Burgemeester van Zierikzee, Doctor Adriaan Junius of de Jonge en Meester Dirk van Bronkhorst. Zy hadden last, der Koninginne te vertoonen, om welke wigtige redenen, men hier de wapenen tegen de Spanjaards hadt opgevat; en haar om onderstand, in volk en geld, te verzoekenGa naar voetnoot(t). Hierna was, in Grasmaand des volgenden jaars, een Verdrag geslooten, waarby de Prins den Engelschen de vrye vaart naar Antwerpen toestondt, met vier schepen tevens, die | |
[pagina 467]
| |
hun geschut egter, in Zeeland, laaten moesten, en niets dan eenige geweeven' stoffen te rug mogten voeren: bedingende hy, daarentegen, de vryheid, om Krygsbehoeften in Engeland te mogen koopenGa naar voetnoot(u). Doch dit Verdrag, dat slegts met Gemagtigden der Engelsche Koopluiden gemaakt was, schynt, door de Koninginne, niet bekragtigd te zyn. Ook vind ik niet, dat 'er, met het Gezantschap, iets werdt uitgeregt. De Prins sloeg dan 't oog wederom op Frankryk. In den Herfst des jaars 1573, werdt 'er eene onderhandeling begonnen, te Frankfort, tusschen Graave Lodewyk en den Heere van Schomberg. De Graafboodt hier den Koning Holland en Zeeland aan, zo hy den oorlog aan Spanje verklaaren wilde, of alle de Steden, die de Prins op de Spanjaards veroveren mogt, zo hy hem met driemaalhonderdduizend guldens wilde ondersteunen: en werdt 'er, op deezen voet, een heimelyk Verdrag ontworpenGa naar voetnoot(v). Naderhand, tradt Schomberg wederom met Gemagtigden van den Prinse, te Mets, in onderhanling, zynde hy toen gelast, door de Koninginne Moeder, om te bewerken, dat haar Zoon, Henrik, onlangs tot Koning van Poolen verkooren, tot Beschermheer der Nederlanden, werdt aangenomen. Doch Oranje neigde meer om deeze waardigheid op te draagen aan haaren derden Zoon, Karel, Hertoge van Alençon, die vriendschap gehouden hadt met den Admiraal van Coligni, en geoordeeld | |
[pagina 468]
| |
werdt den Protestanten gunstig te zyn. Ook hieldt Graaf Lodewyk, met deezen, buiten kennis der Koninginne Moeder, een heimelyk mondgesprek te Blamont, in de Lente deezes jaars 1574Ga naar voetnoot(w). Doch de dood van Karel den IX, die kort hierna voorviel, en andere veranderingen in Frankryk bragten te wege, dat het Verdrag, welk toen ontworpen werdt, eerst na verloop van eenige jaaren, werdt geslooten: gelyk wy, ter zyner plaatse, zullen melden. |
|