Verzamelde gedichten(1968)–Victor E. van Vriesland– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 285] [p. 285] Paul Verlaine: Spleen De rozen waren rood zo zeer en De klimopbladen zo zeer zwart. Mocht ge u, lief, nog zo weinig keren, Komt me al mijn wanhoop weer in 't hart. De hemel was te blauw, te zacht, en De zee te groen, te zoel de lucht. Ik vrees altijd - want dat is wachten! - Dat gij wreedaardig mij ontvlucht. De hulst met zijn gelakte loof en 't Heestergeglim vermoeien mij, En de eindloos uitgestrekte schoven, En alles, ach, behalve gij! Vorige Volgende