Verzamelde gedichten(1968)–Victor E. van Vriesland– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 162] [p. 162] Vergeefse optocht De paden naar het herfstbos staan te dampen. De lucht is leeg van vlinders en straaljagers. Een tak laat druppels in de stilte vallen Op dorrend blad en 'k hoor de houtduif klagen. En achter mij, onhoorbaar bijna, hoor ik De lange rij van mijn verwanten stromplen, Vaadren en voorvaadren, zij volgen stoorloos: Gestorvenen, zijn ze eerst voorgoed gestorven Wanneer ook ik, als laatste, zal verdwijnen In dit vaalklamme najaar, in de mistige Kimmen, en ze zijn angstig; mij bereiken Kunnen ze niet, deze reeds uitgewisten. Vorige Volgende