Verzamelde gedichten
(1993)–Hendrik de Vries– Auteursrechtelijk beschermd[p. 1570] | |
IIn een vlaag van verbijstering
Publiceerde Boucher, Den Haag,
Technisch keurig verzorgd: ‘het ding’,
‘opschrijfsels van rudi polder’.
Verzen van een zonderling
Volgens de mode; gezaag,
Te stomp, te traag,
Te slap, te vaag
Voor pure kolder.
Waarschijnlijk zullen
De snobs wàt graag
En gretig smullen
Van 't prul der prullen:
Van deze ‘opschrijfsels’:
Die taaie laag
Verstijfsels, grijs
Als overblijfsels
Van drank en spijs
Uit zieke maag.
| |
[p. 1571] | |
II
‘Waarom maakt jenever de urine wit?’
‘Maar dat is toch een scheikundige vraag?’
Rudi Polder, onthou enkel dit:
Poëzie is een heilig bezit,
Niet vergund aan een landrige blaag.
| |
III‘Ik kan de gedachte niet verdragen
dat ik niet nuchter zou wezen
als het gedicht komt.’
Zou dat je mishagen?
Is dat zo te vrezen?
Zal 't niet erger wezen
Dat normale mensen 't lezen
Wanneer 't aan 't licht komt?
‘Daarom drink ik niet te veel,
drink ik niet te veel,
drink ik niet te veel
van de fles die ik bij mij draag.’
Drink je nog liever een stuk in je kraag,
Dan zulk gezanik uit zo droge keel!
| |
[p. 1572] | |
IV‘Ik zal nog schrijven
Voor ik slapen wil
dat ik eigenlijk niet schrijven
maar liever slapen wil.’
Taal voor ouwe wijven.
Hou je rustig stil.
‘Ik slaap al in het grijs
om grijze slapen te krijgen.’
Hij weet zich solied onwijs
Maar is te dom om te zwijgen.
| |
V
‘Er is altijd plaats voor dingen.’
Kernspreuk, die een bladzij vult!
Zeer verrassend - voor die kringen
Waar men slechts een onding duldt.
| |
VI't Is de kwaal van ‘Atonaal’: -
Schraal en kaal en vuns en vaal.
Sloom gemaal en leeg kabaal.
Wie zo schrijft, verveelt zich straal.
| |
[p. 1573] | |
VIIIVroegrijp gevoel, vroegrijp verstand
Van Rudi Polder:
Zo jong reeds rijp voor prullemand
Of rommelzolder.
|
|