Verzamelde gedichten(1993)–Hendrik de Vries– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [p. 499] VI * Gij zijt wis een ingewijde, Want uw lied ontviel de sterren. Van 't verleden en de toekomst, Van de hemel en zijn tuinen, Van de zee en zijn geheimen Waart ge mij ten toverspiegel. Nu zijt gij mijn goede rover, Is uw huis mijn woon voor immer. Zeven arken van de stormgod Staan in 't metselwerk gebeeldhouwd, Zeven schemels van de zeegeest, En, genesteld aan de zolder, Op de zon de mammoetsvogel Met zijn twaalf gekroonde kindren. Vorige Volgende