Verzamelde gedichten(1993)–Hendrik de Vries– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [p. 20] 2e Lofzang * Gij, Ziel, die oneindige tallen Oneindige ruimten doorlaait Met Liefde, en in duist're heelallen Hun stromen van werelden draait - Gij schiept Uw door stormen verwonnen Gesternten! Gij sprenkelt en zaait Als stofgoud onstuimige zonnen! Gij blaast, en het leven verwaait. Gij blinkt voor gezegende dalen, Die blijde U vereren in 't lied, En huiv'rend bezwijmen koralen, En 't wemelend zilvervuur ziedt Verflauwd, tot uit heerlijker zalen Op 't zwijgen de vreugdezang vliet: - Gij straalt, en de werelden stralen, Gij schept, en de Hemel verschiet. Aanschouwt, hoe de sterf'lijken knielen, En hoort, hoe dees nietigste sprank Te midden van dwalen en wielen En schitt'ren U viert met de klank, En zingt van de zalige zielen En zingt van zijn liefde en zijn dank. Vorige Volgende