Alle de gedichten. Deel 1(1662)–Jan Vos– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Jephta ontmoet zijn dochter: door W.P.S. geschildert. De dappre Jephta komt met zeege t'huis gereeden. Wie voor Godts stamhuis vecht heeft goddelijk gewoedt. Zijn eenigh kindt komt hem, al juichendt, teegentreeden. Hy ziet die jonge zon: maar door een wolk van bloedt. Zoo hy haar leevendt houdt, zoo heeft hy vals gezwooren. Volvoert hy d'offerëedt, dan lijdt Natuur geweldt. Verdrenkt zy in haar bloedt, hy zal in traanen smooren. Hy voelt het zwaardt, eer dat hy 't op zijn dochter veldt. Wie heilloos zweert en houdt, wordt nooit van Godt gepreezen. Een strijdtbaar krijgsheldt moedt ook rijp van oordeel weezen. Vorige Volgende