Schets van de Nederlandse letterkunde
(1966)–Garmt Stuiveling, C.G.N. de Vooys– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 222]
| |
188. Gabriël Smit [geb. 1910]aant.Levensloop: Geboren te Utrecht uit een Oud-katholiek gezin. Na een periode van onkerkelijkheid bekeerd tot het Rooms-katholicisme. Kunstredacteur aan De Volkskrant. Woonachtig te Laren. Gabriël Smit is zeer jong begonnen met publiceren. Zijn vroegste werk heeft een zangerige toon en is grotendeels geïnspireerd door herinneringen en persoonlijke religieuze ontroeringen: Voorspel [1931]; Requiem in memoriam matris [1932]. Latere bundels hebben een godsdienstiger strekking, die het taalgebruik wat retorischer heeft gemaakt: Maria-lof [1939]. Oorlogservaringen en confrontatie met nieuwe wijsgerige stromingen gaven zijn poëzie een persoonlijke inhoud, uitgesproken in een zakelijker, tegelijk geemotioneerder taal; de bundel Ternauwernood [1951] is wel het hoogtepunt van zijn werk. Terzelfdertijd voltooide hij een opmerkelijke psalmberijming, waaraan hij al tijdens de oorlog begonnen was: De Psalmen [1952]. De bundel Ik geloof [1957] wijst op terugkeer naar geijkte versvormen, welke als poëzie achter staan bij het rijmloze spreekvers in een gedicht als Utrechts drieluik. |
|