Schets van de Nederlandse letterkunde
(1966)–Garmt Stuiveling, C.G.N. de Vooys– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 205]
| |
168. Enkele verwante dichtersaant.Van d.a.m. binnendijk [geb. 1902], behorende tot de groep van de Vrije Bladen, verschenen gedichten, die uiteenlopen van duidelijk expressionistisch tot strak van metrum en strofe [Het andere land, 1930; Onvoltooid verleden, 1936]. Zijn essays zijn verzameld in de bundels Commentaar [1931] en Zin en tegenzin [1939]. Een reeks kwatrijnen heet Oog in oog [1946]. Zijn kritische werk is gebundeld onder de titel: Randschrift [1951]. Als dichter debuteerde c.j. kelk [geb. 1901] in Het Getij; hij was éen der eerste redacteuren van de Vrije Bladen. Na zijn dichtbundel Spelevaart [1931] wijdde hij zich voornamelijk aan het proza, o.a. de historische roman Judaspenningen en pauweveeren [1946]. Aan zijn vriend Slauerhoff wijdde hij een biografie [1959]. Lange tijd hield men halbo c. kool [geb. 1907] voor de meest modernistische dichter; zijn poëzie bevat veel grillige wendingen van ritme en zinsbouw, en een expressionistische beeldspraak: De tooverformule [1930]. De bundel Roodboek. Poëziealbum [1947] sluit meer aan bij de traditie. Zijn liefde voor het experimentele vers handhaafde zich in zijn essay Muze zonder corset [1955]. Van j.c. van schagen [geb. 1891] verscheen een bundel hymnische liederen in vrije versvorm, uiting van een bijna pantheïstisch gevoel: Narrenwijsheid [1925]. Interessant zijn z'n oorlogsaantekeningen: Flarden van de wind [1946]. jac. van hattum [geb. 1900] begon met revolutionaire spotversjes; in zijn latere werk is het conflict van cynisme en vertedering karakteristiek voor zijn kunst [De pothoofdplant, 1936; Frisia non cantat, 1938; Bilzenkruid, 1939]. Daarom kan men Van Hattum evenals gerard den brabander [schuilnaam van j.g. jofriet; geb. 1900], de auteur van Cynische portretten [1934], Gebroken lier [1937] en De holle man [1945], het best in de buurt van Greshoff en Du Perron plaatsen, al zijn er religieuze en sociale verzen, die een al te nauwe verwantschap logenstraffen. ‘Triomf van het cynisme’ - aldus heeft men de bundel Controversen [1938] van eric van der steen [pseud. voor mr. d. zijlstra, geb. 1907] genoemd. Een woordspeling, zoals in deze titel op het woord ‘vers’, kenmerkt een geestesgesteldheid, die zich al aankondigde in Gemengd nieuws [1932]: een koele spot met de geijkte waarden en waarheden, die tot een verbeten anti-idealisme leidt. |
|