Schets van de Nederlandse letterkunde
(1966)–Garmt Stuiveling, C.G.N. de Vooys– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 142]
| |
103. Van Nu en Straksaant.Het optreden van Rodenbach, Pol de Mont en Hélène Swarth had in de jaren '80 de Vlaamse poëzie nieuwe stuwkracht gegeven. Tezelfdertijd was het proza verder gegaan in de ontwikkeling van realisme naar naturalisme door het werk van raymond stijns [1850-1904] en isidoor teirlinck [1851-1934], die ook in samenwerking hebben geschreven. De maatschappelijke ommekeer, in geheel West-Europa merkbaar, deed zich sterk gelden in de Waalse industriegebieden, maar eveneens in handelssteden als Antwerpen en Gent. De jongeren, opgegroeid in deze veranderlijke en energieke sfeer, rekenden voorgoed af met het romantisch-retorische verleden. Onder invloed van de stroming in La Jeune Belgique, en van de Nieuwe Gids-beweging, voelden zij omstreeks 1890 behoefte aan een eigen orgaan. In 1893 verscheen Van Nu en Straks, onder redactie van August Vermeylen, Prosper van Langendonck, Emmanuel de Bom en Cyriel Buysse. Dit tijdschrift, aanvankelijk ook door z'n artistieke uitvoering hoogst opmerkelijk, na 1896 een gewoon maandblad, trad niet zo polemisch op als de Nieuwe Gids, maar vond toch van verschillende zijden bestrijding, omdat het ook op ander dan literair gebied nieuwe ideeën voorstond. Van groot belang voor de jaren '90 was het feit, dat de oude Gezelle juist toen zijn rijpste bundels publiceerde. In de kring van de jongeren, die overigens allerminst dogmatisch-katholiek gericht waren, werd dit werk als ongeëvenaard erkend. emmanuel de bom [1868-1953] was voorstander van een psychologisch verdiept naturalisme, dat hij bewonderde bij de Noorse dramaturg Hendrik Ibsen, en dat hijzelf in praktijk bracht in zijn kleine roman Wrakken [1898]. Als bibliothecaris van Antwerpen in beslag genomen door ander werk, publiceerde hij jaren lang alleen journalistieke artikelen, die gebundeld zijn als Het levende Vlaanderen [1917] en Dagwerk voor Vlaanderen [1927]. In het laatst van zijn leven schreef hij nog een vlotte roman vol schilderachtige jeugdherinneringen Het land van Hambeloke [1947]. alfred hegenscheidt [1866-1964] kwam in 1894 in deze kring; zijn voornaamste werk is het drama in verzen Starkadd [1898], dat sterk verwant is aan Wagners kunst. De belangrijkste medewerkers aan Van Nu en Straks in z'n latere | |
[pagina 143]
| |
jaargangen zijn Gezelles neef Frank Lateur, schrijvende onder de schuilnaam Stijn Streuvels [geb. 1871], en de dichter Karel van de Woestijne [1878-1929] in wiens werk de zielsgesteldheid van zwaarmoedigheid, gespletenheid en bittere zelfdoorgronding op aangrijpende wijze tot poëzie werd. Toen Van Nu en Straks zijn eervolle taak beëindigd had, werd het centrum gevormd door Vlaanderen [1903-1907], waarin Vermeylen de leiding had, met Streuvels, Van Langendonck, Hegenscheidt, en jongeren als Van de Woestijne en Herman Teirlinck. De stichting van De Vlaamsche gids [1905], door paul fredericq en max rooses, was een bewijs dat de Vlaamse beweging, ook onder de oudere liberale tijdgenoten, aan kracht en degelijkheid gewonnen had. Hiernaast stond het katholieke orgaan: Dietsche Warande en Belfort, ontstaan door versmelting van twee tijdschriften. |
|