De werken van Vondel. Deel 10. 1663-1674
(1937)–Joost van den Vondel– Auteursrecht onbekendTer bruilofte van den E. Bruidegom, Michiel le Blon,
| |
[pagina 633]
| |
10[regelnummer]
En smarten van twee nagebuuren.Ga naar voetnoot10
De minne baert hier wedermin.
De kennis brengt meer vrientschap inGa naar voetnoot12
Dan oit voorheene door het paeren
Van twee in 't bloejenste der jaeren.
15[regelnummer]
De Bruidegom belonkt de Bruit.
Verstant en vrientschap straelen uit
De diamanten van haere oogen,
Daer spant de minnegodt zijn boogen.
Wat wysheit heeft dien vondt bedacht,Ga naar voetnoot19
20[regelnummer]
En allen levenden een kracht
Eerst ingeplant, die eensgezindenGa naar voetnoot21
Zoo vast en eeuwigh kan verbinden!
Zoo wort de leli van 't kompas
Getrokken naer de noorder as.
25[regelnummer]
De leli zoekt, en trekt veel ronden,
Tot dat haer rustplaets wort gevonden.Ga naar voetnoot23-26
De hulk der wijde werrelt zeilt
Op dezen afgront, noit gepeiltGa naar voetnoot27-28
Van kloek vernuft, en geen gevaerenGa naar voetnoot29
30[regelnummer]
Verhinderen het lief vergaeren.Ga naar voetnoot30
Zoo bloeien stammen onverdort.
Le Blon, de groote Grootvaêr, wort
In zijn genan en Neef herschapen.Ga naar voetnoot33
Indien de geesten, en die slapenGa naar voetnoot34
35[regelnummer]
In hunne ruststede ongesteurt,
Gevoelen wat ter werrelt beurt,Ga naar voetnoot36
Zoo kan hy, die voorheen Christyne
Diende als Gezant, om Willemyne
En zijnen Neef, die vrolijk paert,
40[regelnummer]
En 's Grootvaêrs naem en spoor bewaert,Ga naar voetnoot40
Niet laten hen, als onverscheiden,Ga naar voetnoot41
Met vollen zegen heen te leiden
Naer 't weelig Bruiloftsbed, dat vroeghGa naar voetnoot43
Le Blonnen en Helleer vernoegh'.
MDCLXXI, den 10 van Sprokkelmaent.
|
|