Ter eeuwige gedachtenisse Van den Hooghedelen Heere en Helt Joan van Aemstel, aant.Ga naar voetnoot*
Zeekapitein, gestorven te Schindel 1669, den 29 van Herfstmaent.
Pars belli haud temnenda.
Hier rust d'eer der Aemstelheeren,
Jan van Aemstel, die den Sweet
5[regelnummer]
Tromp de handt bood tweepaer dagen,
In den slagh met Brittenlant,
Zwaer gewont, op zee geslagen
Looft dien trouwen Zeebeschermer:
10[regelnummer]
Houwt zijn naem op eeuwigh marmer.
|
-
voetnoot*
- Van 1669. - Volgens de tekst in Vondels Poëzy 1682, II, blz. 72.
Opschrift: Joan van Aemstel, c. 1620 te Schijndel geboren, onderscheidde zich als scheepskapitein bij de slag in de Sont (1658), de verovering van Funen (1659), de zeeslagen van. 1666 en de tocht naar Chattam. Hij werd daar zwaar gewond, trok zich uit de dienst terug, en verhuisde van Amsterdam naar Schijndel, waar hij in 1669 overleed en werd begraven. Op zijn grafmonument (afgebeeld bij Scheurleer, Onze mannen ter zee, II, tegenover blz. 160) werd dit gedicht van Vondel, benevens een van Antonides vander Goes aangebracht. De tekst van Vondel's gedicht op het monument verschilt aanmerkelik van die in Poëzy II, zie voor de eerste J.G. Frederiks, Jan van Amstel, in Noordbrabantsche Volks-Almanak 1889, blz. 7.
Het motto, ontleend aan Aeneïs X, 736, betekent: Geen onaanzienlik aandeel aan de oorlog.
-
voetnoot4
-
sleet: vernietigde (Ned. Wdb. XIV, 1757), n.l. bij de slag in de Sont, waar Wassenaar van Obdam de Zweedse vloot van Wrangel versloeg, en aldus de zeemacht van Karel Gustaaf vernietigde, zie deel 8, blz. 648.
-
voetnoot7-8
- Op het monument luiden deze verzen: ‘Swaer gewondt maer noydt verslagen, Voor de eer van 't vaderlandt’; om de kroon van d'overhant: om de krans van de overwinning.
|