De werken van Vondel. Deel 7. Vertalingen uit het Latijn van Vergilius, Horatius en Ovidius

(1934)–Joost van den Vondel– rechtenstatus

	blz.
Burgemeester Cornelis de Graeff te Soestdijk, naar de schilderij van Salomon van Ruysdael en Thomas de Keyser (titelprent).
Facsimile van Vondels Latijnsch inschrift in een exemplaar van de ‘Herscheppinge’, door hem vereerd aan D. Franciscus Junius en Isaäc Vossius	11
Titelprent van ‘Q. Horatius Flaccus Lierzangen en Dichtkunst’	259
Drukkersmerk van Christophorus Conradus	371
Titelprent van ‘Publius Ovidius Nasoos Herscheppinge’, gravure van A. Blooteling	373
Wapen van den Heer Diedrik Buisero	376
Twaalf Illustraties, gegraveerd door A. Blooteling, boven de afzonderlijke boeken der ‘Herscheppinge’, bladzijden:	401, 439, 479, 513, 553, 585, 619, 661, 704, 743, 778, 815
Facsimile's van twee bladzijden tekst uit Vondels handschrift der ‘Herscheppinge’	693 en 695
Schriftelijke opdracht van Vondel aan Cornelis de Graeff in het present-exemplaar op groot papier van zijn ‘Publius Virgilius Maroos Wercken, in Nederduitsch dicht vertaelt’	854
Facsimile van Vondels brief aan Antonides van der Goes, over het nazien der ‘Herscheppinge’	855
Autotypie naar het Handschrift der ‘Herscheppinge’	888
Reproductie van den Plano-druk van 't gedicht ‘Liicktranen, Over het veronghelucken van den jonghen Keur-vorst, Prins van Bohemen’	891
Reproductie van den Plano-druk van het gedicht ‘Lyckklaght aen het Vrouwekoor, Over het verlies van mijn Ega	893
Facsimile van Vondels brief aan Constantijn Huygens van 1669.	894 en 895

EINDE VAN HET ZEVENDE DEEL