De werken van Vondel. Deel 5. 1645-1656
(1931)–Joost van den Vondel– Auteursrecht onbekend
[pagina 911]
| |
Aen De doorluchtighste Heerschappye van Venetie.aant.Ga naar voetnoot*Dives opum, studiisque asperrima belli. Gekroonde Zeeleeuwin, ghy bouwde uw heerlijck nest
In 't Adriatisch meer, beschermde Antenors zoonenGa naar voetnootvs. 2
Voor Attila, den Hun, die gruwelijckste pest.Ga naar voetnoot3
Uw Stadt en Staet verduurt der Monarchyen troonen,Ga naar voetnoot4
5[regelnummer]
Slaet Mahomets gewelt met ysre klaeuwen af,Ga naar voetnoot5
Ten dienst van Christus Rijck, terwijl die groote Heilant
En zijn Euangelist, Sint Marck, uw' Hertoghs stafGa naar voetnoot7
Bewaecken, daer uw Raet vereenight menigh eilant.
Een Stadt, een eilant, zee en 't vaste lant gebiet.Ga naar voetnoot9
10[regelnummer]
Wie noit Venedich zagh, zagh 't licht der Staeten niet.Ga naar voetnoot10
J.V. VONDEL.
t'Amsterdam, By de Weduwe van Abraham de Wees, op den Middeldam. MDCLV. |
|