schuilen. Gisteren hoorde ik een mooi
meisje met ontroerende natuurstem opera-aria's zingen, door gitaar begeleid.
(Van stinkjazz afgezien, het eerste instrument dat ik hier hoorde.) Er zijn
Franse vrouwen van krijgsgevangenen (voor een deel typische Polinnen, kort en
dik en mollig, als Françaises verkleed, voor een deel echte Franse types onder
wie één, die loopt als een koningin. Er zijn ook echte Italianen, pas aangekomen
uit Milaan, keurig nette mensen, van Amsterdamse joden die lid waren van de
Alliance Française, of van Dante Alighieri, alleen door hun taal te
onderscheiden. De Grieken, de regerende kliek, zijn ook stuk voor stuk nette
lui, op enkele uitzonderingen na, die echter veel te zeggen hebben. Edgar Kunio
is een pracht van een bandiet: hij poseert zelfs nog meer voor bandiet dan hij
al is. Natuurlijk pikt hij de mensen eruit, op appèl, maar is het niet hun eigen
stommiteit dat ze daar verschijnen? Maakte hij Mams niet laatst een compliment,
dat ze nooit iets vroeg, en zich zo handig drukte. Er is geen reden om met die
man na de oorlog geen borrel te drinken. Als geheel echter zijn ze te solidair
dan dat ze andermans levensrecht kunnen erkennen. Een doodenkele neemt nooit
iets extra's aan (Sealtiel) maar de rest heeft van alles waar gebrek aan is
hier, volop (brood, boter, kwark, jam, mosselen, sigaretten). Wij zouden net zo
zijn, Westerbork bewijst het.
Hier ontbreekt zowel de normale geslachtsdrift, met alle vertakkingen (er is geen
gêne, er wordt niet gevuilbekt, er wordt niet geflirt, niemand is hoffelijk
behalve Grieken en keukenpersoneel) als de homo-erotiek, die kameraadschap heet.
Zeer zelden interesseert zich hier iemand werkelijk voor een ander. Alleen:
goede huwelijken worden nog beter, en moeders doen alles voor hun kinderen - ook
volwassen kinderen. De familiebanden worden hechter: volwassen broers en zusters
helpen elkaar. De corruptie is daardoor niet zó immoreel als hij anders