het aan Dasberg zou vragen, die natuurlijk geantwoord heeft,
dat ik al ruimschoots het volle pond gehad heb, met beide ouders in het kamp, en
zelf pas voor 14 dagen ‘geschont’, had ik dus dat geweten, ik zou edel ‘neen’
gezegd hebben. 3) Vanavond ging ik niet met L. praten, omdat ik me wassen wilde.
Er was natuurlijk voor allebei ruimschoots tijd.
In keuken ii liep de vrouw van mijn doodzieke ex-vijand S.
tegen de lamp met eten, dat ze bij zich had voor 't zieke mannetje... zielig. De
vaderstad van Kant is geëvacueerd. Er zal nog wel een hartig potje geknokt
worden. Terwijl ik dit schrijf, word ik opgevreten door vlooien en wantsen.
Een van de belangrijkste dingen die bij mijn drie maanden analyse voor den dag
kwamen vergat ik te vermelden: ik wil wel en ook weer niet volwassen worden.
L. vond één vers (van leed en verrukking de weinige vruchten vallen en rotten
ongenuttigd) aardig; interessant vond hij hoe het neurotische in Jenny in de
‘holpernde’ vorm tot uiting komt. Wat hij er verder analytisch van zeggen wilde,
wist ik al.